In zijn installatierede op 5 september benadrukte Klaas Tigelaar wat hij de ‘maatschappelijke democratie’ noemde. Anders gezegd: de burgers zijn actief organiseren de zaken zelf. Bang dat zo’n ontwikkeling zich tegen ‘de politiek’ gaat keren en het vertrouwen daarin nog verder zal uithollen, is de burgemeester niet. ,,Wat is de politiek? De regering? Politici? De overheid als geheel? Ik geloof in democratie. We zijn met z’n allen verantwoordelijk voor onze omgeving. Daar heb je als burger ook zeggenschap in. Je kunt kiezen en ook zelf actief worden. Welke bijdrage lever je zelf in plaats van te zeggen ‘ze’ doen het niet goed.’’
,,Bij maatschappelijke democratie denk ik aan mensen in een buurt of wijk die samen problemen aanpakken, oplossingen zoeken, zelf hun verantwoordelijkheid nemen. Daarbij is de politiek wel nodig. Maar tegelijk moet die politiek afleren over alles te gaan. Men moet dingen loslaten. De rol van de politiek wordt anders. Je moet dingen in samenspel met de burgers, met de maatschappij tot stand brengen. Kijk, het algemeen belang is een overheidstaak, in handen van de politiek. Tegelijk moet je mensen in hun kracht zetten. Hen verantwoordelijkheid laten nemen voor hun eigen leefomgeving.’’
Naast het loslaten zou de overheid (lees: de gemeente) volgens Klaas Tigelaar op andere momenten moeten motiveren, regisseren, faciliteren en soms reguleren. Om goed te weten welk instrument je wanneer moet gebruiken zal de gemeente – B&W en ambtenaren – zich diep in de zaak moeten verdiepen. Het vergt een andere manier van werken, zo beaamt Klaas Tigelaar. ,,Het is een zoektocht. Ik heb geen lijstje van zo en zo gaan we het doen. We moeten ontdekken wat er in de samenleving is. Daarna kunnen we oplossingen en verbindingen zoeken. Het moet maatwerk zijn.’’
,,Het gaat echt niet van de ene op de andere dag anders. Het is een zoektocht de juiste antwoorden te vinden. En dat gaat het om het bestuur, de ambtenaren en de samenleving. Die drie samen. Anders gaat het fout. Stel er komt een initiatief uit een buurt om de openbare ruimte anders in te richten. Nu gaan we eerst kijken naar de regels, het bestemmingsplan, geld. Natuurlijk moet je naar wettelijke kaders kijken maar de vraag zou moeten zijn ‘hoe kunnen we dat mogelijk maken?’ en mensen laten participeren, verantwoordelijkheid laten nemen voor hun eigen leef- en woonomgeving. Het goede antwoord is niet meer: ‘we gaan het regelen over een jaar of twee’.’’
,,Soms hebben bewoners alleen materialen nodig die wij als gemeente hebben liggen. Dat kun je dan toch oppakken. Dat moet gemeen goed worden. Het helpen iets te realiseren. We moeten af van het systeemdenken: regels, verordeningen, geld. Wij als overheid kunnen een andere rol aannemen. Dat ontdekken we nu ook. Dat vergt een omslag in denken en werken. Dat moeten we vorm en inhoud geven. Het is een proces van samen optrekken. Leren met vallen en opstaan. Fouten maken mag, mits je ervan leert.’’
Zelf wil Klaas Tigelaar investeren in ‘echt contact’: het ontmoeten van mensen en naar hen luisteren. Dat schept verwachtingen. ,,Het wordt druk’’, erkent de burgemeester. ,,De lijst van verenigingen en instellingen is heel groot. Ik ga graag met mensen op pad. Dan ervaar je waar ze het over hebben. Hun problemen maar ook de mooie dingen. Dat is veel maar ik vind het nodig om mijn werk goed te kunnen doen. Je moet signalen kunnen opvangen. Open Monumentendag en de Vlietdagen zijn daar prima gelegenheden voor.’’
,,Als er iets is, wil ik graag ook ter plekke gaan kijken. Ik moet er een goed gevoel bij hebben. Ik wil ook met alle 35 raadsleden afzonderlijk op stap. Dan heb ik niet alleen contact met dat raadslid maar ook op de plekken waar wij heen gaan kom ik weer mensen tegen, instellingen en verenigingen. En kan ik daar kennis mee maken. Dat hoort bij mijn manier van mijn werk doen. Zo wil ik burgemeester zijn. Ik hoef geen politieke agenda te hebben. Ik zit hier voor de hele samenleving. Om die te laten functioneren. De samenleving is divers en soms lastig maar we zijn wel samen die samenleving. Als je het politieke en het bestuurlijke samen kunt brengen tref je zoveel gedreven mensen dat we met z’n allen mooie dingen kunnen doen. En dat geeft mij energie.’’
Inmiddels is Leidschendam-Voorburg zijn eerste prioriteit. ,,Ik ben er als dat nodig is.’’ Dat betekent ook dat Klaas Tigelaar geen nieuwe nevenfuncties meer aanvaardt. Zijn hobby, orgelspelen, moet naar de achtergrond. Hardlopen zit er voorlopig niet meer in. Inmiddels heeft de gemeenteraad hem een jaar gegeven om te verhuizen. Dus daar is wat ruimte ontstaan in de nu al overvolle agenda van Klaas Tigelaar.
(deel 1 van dit interview verscheen gisteren bij Vlietnieuws.nl)