CDA-gemeenteraadslid Jaap Geluk wil weten wie optreedt als de windmolen op het CEVA-terrein aan de Westvlietweg, milieuregels overtreedt. Hij denkt dan aan geluidoverlast, en overlast door de slagschaduw van de molenwieken.
In vragen aan B&W wijst het raadslid op bepalingen in het Besluit Algemene Regels voor Inrichtingen Milieubeheer inzake geluidoverlast en overlast door de slagschaduw. Geluidoverlast mag niet hoger zijn dan 47 decibel (eenheid van geluid) overdag, 41 decibel ’s nachts.
De slagschaduw mag hoogstens 20 minuten per dag optreden en niet meer dan 17 dagen per jaar. Anders moet de molen worden stilgezet.
Geluk wil nu weten wie bijhoudt of dit alles zo is. Hij verwijst naar de Omgevingsdienst Haaglanden. ,,Gebeurt dat alleen op basis van signalen van inwoners of zet de Omgevingsdienst ook eigen middelen/sensoren op nabije locaties in?’’
Het raadslid wil ook weten hoe bijvoorbeeld inwoners van Leidschendam-Voorburg achter die gegevens kunnen komen. En of het college van B&W wordt geïnformeerd, eventueel door B&W van Den Haag als vergunningverlener. ,,Indien deze informatie niet wordt verstrekt, wat gaat het college doen om dat te bewerkstelligen?’’, vraagt Geluk B&W.
Als de normen worden overschreden, wie schakelt de molen dan uit? zo wil het raadslid verder weten. Doet de eigenaar Wollf Nederland Windenergie dat of de gemeente Den Haag? En hoe hebben B&W van Leidschendam-Voorburg daar invloed op?
Geluk vraagt bovendien waarom op de site van de gemeente Leidschendam-Voorburg niets te vinden is over de slagschaduwnorm, de geluidsbelastingsnorm, de mogelijkheid om overschrijdingen en klachten te melden bij de Omgevingsdienst Haaglanden en de plicht tot automatische afschakeling, al dan niet afgedwongen voor de gemeente Den Haag.