B&W hebben een visie op de detailhandel in de gemeente uitgebracht. Liefst 56 pagina’s dik. Dan zou je toch iets mogen verwachten. Helaas stelt de inhoud bitter weinig voor.
De gemeente steunt vier winkelcentra. Dat was al zo en het blijft zo: Leidsenhage/Mall, Leidschendam-Centrum (Damcentrum), Huygenskwartier en Julianabaan.
Leidsenhage/Mall laten B&W over aan de eigenaar Unibail-Rodamco Westerfield. Los van veel lovende woorden staat er niets in de visie. Zelfs niet over het gigantische bereikbaarheidsprobleem dat de Mall straks parten zal spelen en alle omliggende wegen zal doen verstoppen.
Over Leidschendam-Centrum wordt opgemerkt dat de positie ‘complex’ is. Met name de Damlaan heeft de winkelfunctie verloren. Daarentegen heeft het Sluisgebied een sterke positie. Op een bijgevoegde kaart wordt dat gebied dan ook met groen aangemerkt (staat voor sterk), terwijl de rest van het Damcentrum rood is gekleurd (staat voor zwak).
Wie dacht dat B&W groots zouden uitpakken om de complexe positie van Leidschendam-Centrum aan te pakken, komt bedrogen uit. De Damlaan moet zich omvormen tot wonen en werken. De gemeente zal dat ‘faciliteren’. Het ‘gat’ in de Damstraat moet dicht. Er moet iets gedaan worden aan de verkeers- en parkeerproblemen (goh, waar hebben we dat eerder gehoord) en de relatie met ‘het water’ moet beschermd worden.
Kortom, een serie open deuren. Feitelijk kan Damcentrum als winkelcentrum afvallen. De inspanningen zouden voluit gericht moeten worden op het uitbouwen van de positie van het Sluisgebied. Daar gebeurt het immers allemaal. De rest is ten dode opgeschreven, ook al door de claustrofobische bouw (Damplein).
Het Huygenskwartier dan. Paradepaardje van B&W. Tonnen zijn er al aan dit winkelgebied besteed. Met name om het zogenaamde ‘unieke’ karakter nog beter voor het voetlicht te brengen, ook regionaal. Ook nu wordt er in de visie weer een lans voor gebroken.
Vreemd, wat uit onderzoek is gebleken dat het Huygenskwartier vrijwel uitsluitend wordt bezocht door Voorburgers die er met name heen gaan vanwege de twee supermarkten. Alleen op zaterdag blijft men er wat langer hangen en loopt eens de Herenstraat af.
In de visie staat onder andere dat het hele oude centrum van Voorburg slecht vind en zichtbaar is. Tel uit je winst, zeker als je mikt op niet-Voorburgers. De Herenstraat is eigenlijk een heel matige winkelstraat met een vrij eenzijdig aanbod. Er is weinig parkeergelegenheid, straten zijn smal, de doorstroming stokt.
B&W zien dat wel maar doen er, opnieuw, weinig tot niets aan. De marketing moet beter, staat in de visie. De vind- en zichtbaarheid ook. De parkeerroutes moeten herzien worden en er moet gezocht worden naar meer parkeerplekken. Ook dit allemaal open deuren. Concreet wordt het nergens.
Bij de Julianabaan, na de Mall het tweede winkelcentrum binnen de gemeente qua bezoekers en bestedingen, eenzelfde verhaal. De winkels aan de zuidkant van het plein sluiten slecht aan bij de rest van het centrum, meldt de visie. Dat geldt ook voor de zaken tussen het plein en de Mgr. van Steelaan. Over de rest van de winkels tussen dat punt en de kruising met de Aart van de Leeuwkade staat er geen letter in de visie. Die zijn kennelijk al afgeschreven.
Een paar jaar terug werd klanten van Julianabaan gevraagd wat zij van het winkelcentrum vonden. Kort daarop werd aangekondigd dat het centrum een flinke facelift zou krijgen. Sindsdien is er niets gebeurd en in de visie is daarover ook geen zin te vinden.
Verder dan de wens om winkels uit het randgebied dichter naar het centrum van Julianabaan te brengen, het vervangen van wat steen door groen en het beter ontsluiten van de aanwezige parkeerplekken, komen B&W niet. De vraag waarom bepaalde zaken slecht bij de rest aansluiten wordt bijvoorbeeld niet eens gesteld, laat staan dat er suggesties worden gedaan dat euvel aan te pakken.
En voor de rest? Er worden nog zeven andere winkelgebieden genoemd. Maar die moeten het allemaal zelf maar uitzoeken. Dat geldt kennelijk ook voor Stompwijk. Dat deel van de gemeente wordt niet eens benoemd. Dan moet je als stadsbestuur ook niet opkijken dat inwoners daar aangeven zich meer te richten op Leiden en Zoetermeer dan op Leidschendam-Voorburg.
De visie is feitelijk geen visie maar het herkauwen van bestaand beleid. Alleen moet een brei van woorden, plaatjes en kaarten moet dat vervullen. Nu heb ik altijd geleerd ‘je doet iets goed of je doet het niet. Aan half werk heeft niemand iets’. In dit geval zonder van het papier ook nog.