De populariteit van rugby neemt nog steeds toe. Toch kampt rugby nog met vele vooroordelen. De 15-jarige Tess Pronk, sinds dit seizoen ook trainster van de Turven (6-8 jaar) van de Voorburgse Rugby-Club (VRC), tackelt de vooroordelen.
Rugby is een mannensport
,,Rugby is een stoere sport waarbij het er om draait dat je gedreven bent, respect hebt voor anderen, er bent voor je teamgenoten en plezier hebt in wat je doet. Tot en met 16 jaar is rugby een gemengde teamsport. Mijn teamgenoten behandelen me als ‘one of the guys’. Het gaat namelijk om je ‘positie’ binnen het team, niet of je nu toevallig een jongen of meisje bent.’’
Rugby is een harde gemene fysieke sport
,,Rugby is een intelligente full contact sport waarbij alles aankomt op techniek en tactiek. En kracht en snelheid. Iedereen gaat met respect met elkaar om en het tackelen is om de bal te winnen, niet om een ander bewust pijn te doen. Het is een sport met een hoop etiquette en regels.’’
Rugby is een agressieve sport
,,Het draait bij rugby om respect voor je team, tegenstanders en de scheidsrechter. Zo mag alleen de team captain praten met de scheidsrechter. Na de wedstrijd zitten we vaak nog met de tegenstanders te praten in het clubhuis. Dat maakt het zo leuk. Rivaliteit op het veld en respect er buiten.’’
Rugby is voor grote sterke kerels
,,Voor iedereen is er wel een positie binnen het team, ongeacht je postuur en of je dus een jongen of meisje bent. Iedereen heeft namelijk zijn eigen positie in het veld. Iedereen is dus welkom en belangrijk in het team.’’
Rugby is slechts een spel voor op het veld
,,De rugbywaarden en normen helpen mij in het dagelijkse leven. Ik weet door rugby dat je sommige dingen gewoon moet doen zonder er verder over na te denken. Verder heb ik geleerd dat kritiek overal is en je dat moet meenemen in je leerproces om ervan te groeien in plaats van het te zien als iets slechts.’’
Wat zou je de meisjes en meiden uit Leidschendam-Voorburg adviseren?
,,Ik raad de meiden en ook de jongens aan om een keer een proefles te komen volgen bij VRC. Na mijn proefles wist ik het zeker: die rugbybal laat ik nooit meer los. Ik was 13 jaar en had het rugbyvirus te pakken. Je krijgt nieuwe vrienden en er een ander leven bij waar je zeker geen spijt van gaat krijgen.’’