Er is geen verklaring te vinden voor de recent geconstateerde vervuiling van het water in de Meeslouwerplas, midden in natuur- en recreatiegebied Vlietland. Waarschijnlijk is de vervuiling ontstaan door de dynamiek van de plas zelf en/of door externe invloeden, al dan niet seizoensgebonden.

Dat hebben de provincie Zuid-Holland, het Hoogheemraadschap Rijnland en aannemer BAM geconcludeerd. In de plas worden al jaren bagger en grond gestort. Op 21 oktober liet het hoogheemraadschap weten dat de normen voor chroom, koper, zink, fosfor, nikkel en zuurstof in het water werden overschreden. Het hoogheemraadschap eiste maatregelen en dreigde de stort van bagger en grond te verbieden.

De vervuilingen werden op 10 en 26 september geconstateerd. Bij nieuwe metingen op 10 oktober niet meer. Op die dag was alleen nog het gehalte fosfor op 0,5 meter diepte en het gehalte koper op 20 meter diepte te hoog.

De BAM heeft alle grond die nu nog wordt aangevoerd laten onderzoeken. Die bleek schoon. Daarnaast werd onderzocht of de grond die via een leiding in de plas komt zorgt voor opwoeling van al eerder gestorte grond. Dat bleek niet het geval. Daarop werd geconcludeerd dat de vervuiling moet zijn ontstaan door de dynamiek in de plas zelf dan wel door externe invloeden, al dan niet seizoensgebonden.

Omdat er geen duidelijk verband is met het storten van bagger en/of grond zijn er geen maatregelen nodig zo kwamen de partijen overeen. Wel zal de BAM doorgaan met monitoren van grond en water. Op last van het hoogheemraadschap moet dat voortaan elke twee weken gebeuren, ook op 20 meter diepte en moeten er naast monsters van mengsels ook monsters genomen worden van de afzonderlijke partijen grond binnen dat mengsel.