Zelfstandige ondernemers die door de coronacrisis zijn getroffen en een beroep doen op de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo), moeten van de gemeente informatie geven over hun vermogen en hun partner. Dit in weerwil van de belofte van het kabinet dat er ‘geen vermogens- en partnertoets’ zou plaatsvinden.
Bij de Tozo gaat het om bijzondere bijstand voor zelfstandigen. Die regeling wordt door de gemeenten uitgevoerd. Op de vraag waarom de gemeente zo handelt liet een woordvoerster weten: ‘De uitkering hangt af van de gezinssamenstelling. Het is goed om de gehele gezinssituatie te kennen om de meest gunstige route te kunnen toepassen. Daar zijn de gegevens voor nodig’.
De Tozo loopt vooralsnog van 1 maart tot 1 juni. Er zijn twee onderdelen: inkomenssteun en bedrijfskrediet. Bij inkomenssteun gaat het om een uitkering tot aan het sociaal minimum. Die kan tot 1500 euro oplopen. Bij het bedrijfskrediet gaat het om een lening van maximaal 10.157 euro. Die moet later wel met rente worden terugbetaald.
Voorwaarde voor de inkomenssteun is dat ‘uw inkomen’ door de coronamaatregelen in gezakt tot onder de uitkeringsnorm. Voorwaarde voor de lening is dat het bedrijf in financiële problemen is geraakt door de coronamaatregelen.
Als bewijsstukken moeten persoonsdocumenten, inschrijving Kamer van Koophandel en bankafschriften overlegd worden, zo maakte de rijksoverheid eerder bekend. Op een infographic die de rijksoverheid verspreidde was alleen sprake van het overleggen van ‘gegevens’ van uw partner en de gezamenlijke ondertekening van de aanvraag. Nergens werd gesproken over inkomen van de partner nog over vermogen.