De vier organisaties die het Sociaal Servicepunt in Leidschendam-Voorburg runnen bezien hoe zij de dienstverlening kwalitatief en kwantitatief op peil kunnen houden. Nu de normale activiteiten van de vier organisaties weer op gang komen na de coronacrisis, wordt het steeds moeilijker om het Sociaal Servicepunt draaiende te kunnen houden.
Dat heeft burgemeester Klaas Tigelaar de gemeenteraad meegedeeld. De vier organisaties zijn: welzijnsorganisatie Woej, MEE (ondersteuning bij leven met een beperking), Kwadraad (maatschappelijk werk), Sport en Welzijn. Het Sociale Servicepunt was de vraagbaak voor inwoners bij de coronacrisis.
Volgens de burgemeester hebben de vier de afgelopen maanden veel meer aan dienstverlening gedaan dan was afgesproken met de gemeente en waarvoor ze ook subsidie krijgen. In april en mei werden 500 vragen van inwoners beantwoord: simpele en heel ingewikkelde.
De ondersteuning van inwoners is zoveel mogelijk vanuit huis, telefonisch of digitaal georganiseerd. Alleen in urgente situaties, waar hulp op afstand niet werkte, hebben er ontmoetingen met cliënten plaatsgevonden.
Sinds 4 juni is er weer een wekelijks spreekuur in de wijkcentrum Groene Loper in Voorburg. Dit spreekuur is vooralsnog op afspraak, omdat een inloopspreekuur nog niet ‘coronaproof’ kan worden georganiseerd. Het uitgangspunt blijft dat er alleen een afspraak voor het spreekuur wordt ingepland als ondersteuning op afstand niet werkt of als het veel arbeidsintensiever is.




