De bewoners van Park Leeuwenbergh maken zich ernstige zorgen over de visie ‘Bedrijventerrein Westvlietweg’ die onlangs aan de gemeente Den Haag is aangeboden. Daarom is een brief op poten aan de gemeenten Den Haag en Leidschendam-Voorburg alsmede aan de provincie Zuid Holland gestuurd.

Men schrijft: ‘Het bestuur van Vereniging Park Leeuwenbergh maakt zich ernstig zorgen over de plannen door Bedrijven Belang Westvliet en Bedrijven Investeringen Zone Westvliet onlangs aangeboden aan de Haagse wethouder Saskia Bruines, betreffende de uitbreiding van het bedrijventerrein aan de Westvlietweg. De Vereniging schaart zich achter de bezwaren tegen deze plannen, zoals geformuleerd in het persbericht van de vereniging  Houdt Vlietrand Groen (zie o.m. Vlietnieuws van maandag 28 juli 2020).

Vooral het plan om in de groene Vlietzone een nieuwe haven aan te leggen en meer ruimte te creëren voor vervuilende en watergebonden bedrijven van een hoge milieucategorie, zoals de asfaltcentrale en Afvalverwerking Rijnmond die thans nog in de Binckhorst zijn te vinden, is zeer ongewenst.

De ingediende plannen gaan ook voorbij aan het behoud van de leefbaarheid en de cultuur-historische waarde van het gebied, het belang van de Vlietzone als groene buffer voor de stad en als toekomstig onderdeel van het Landschapspark Zuidvleugel, zoals geformuleerd in het advies van provinciaal adviseur ruimtelijke kwaliteit Harm Veenenbos.

Het bedrijvenplan claimt enerzijds dat het doel is het vergroenen en aantrekkelijker maken van het park, maar bepleit anderzijds een verhogen van de bouwhoogte tot 24 meter, het verdichten van de bebouwing en het toestaan van bedrijven met een hogere milieudruk.

Verder wordt gesteld dat dit deel van de Vlietzone niet bestemd is voor bewoning. Deze brief bewijst het tegendeel. Beweerd wordt dat er overlegd is met stakeholders. De bewoners van Park Leeuwenbergh of hun Vereniging zijn echter niet betrokken geweest bij het opstellen van de plannen. Voor de bewoners van de lintbebouwing langs de Westvlietweg geldt wellicht hetzelfde.

Het bestuur gaat ervan uit dat, indien het uitvoeren van deze plannen in overweging wordt genomen, er ook degelijk rekening zal worden gehouden met het welzijn en de belangen van de bewoners van dit gebied’.