Twee maanden lang lag het lokale politieke circus plat. Het gaf alle betrokkenen de tijd om na te denken over de politieke bom die direct voor de zomervakantie ontplofte. En dan met name over de gevolgen daar van.
Het was 7 juli toen de verenigde oppositie – GBLV, D66 en GroenLinks – een coupe pleegde die de zittende coalitie van VVD, CDA, PvdA en ChristenUnie-SGP wel eens de kop kan kosten.
In het debat over de bouwplannen voor landgoed Schakenbosch stelden de drie partijen vergaande wijzigingen voor. Veranderingen die de coalitie en de ontwikkelaar afwezen. Daarbij dreigde de ontwikkelaar zelfs met miljoenenclaims en andere juridische gevolgen.
GBLV, D66 en GroenLinks slaagden echter in hun opzet door toedoen van VVD-gemeenteraadslid Arnold Brans. Hij ging mee met de oppositie, en dus in tegen de wens van zijn eigen VVD-fractie alsmede het standpunt van B&W waar de VVD deel van uitmaakt.
Indien zoiets in de Tweede Kamer gebeurde werd het betrokken Kamerlid nog dezelfde dag uit de fractie en de partij gezet. Alleen kon dat met Arnold Brans niet want dan was de coalitie de meerderheid (nu 18 om 17) kwijt. Met andere woorden: dan moesten B&W opstappen en diende er een nieuwe partijencombinatie gezocht te worden om de gemeente te gaan besturen.
Twee maanden lang hebben alle betrokkenen nu kunnen nadenken hoe het verder moet. Er zijn een aantal opties. Arnold Brans verlaat, al dan niet uit vrije wil, de VVD-fractie en de gemeenteraad. Zijn vacature wordt dan ingevuld door een andere partijgenoot en alles blijft zoals het was. Zelfs het ‘oude’ bouwplan voor Schakenbosch zou dan weer kans maken om toch nog gerealiseerd te worden.
Dit is wel het meest simpele scenario. Het zou echter een ‘afgang’ voor Arnold Brans betekenen waarbij dan ook nog eens de door hem gewraakte bouw op Schakenbosch er toch zou komen. Zo zou zijn stem van 7 juli verworden tot ‘een vergissing van een oude man’ (Brans is in de tachtig).
Arnold Brans kan ook in de VVD-fractie blijven zitten met de belofte zich tot de gemeenteraadsverkiezing van maart 2022 rustig te houden en zich te conformeren aan de fractiediscipline. Vraag is dan, geloven zijn collega’s dat? En welke onderwerpen zou hij dan nog mogen doen? Kortom: welk ‘leven’ zou hij nog hebben in een fractie die hem wantrouwt? Is dat vol te houden?
De VVD’er zou ook uit de fractie kunnen stappen en als onafhankelijk raadslid verder kunnen gaan. Dat zou echter betekenen dat de coalitie de meerderheid kwijt is en het eigen lot bij elk voorstel in handen legt van Arnold Brans. Zijn stem wordt dan immers doorslaggevend. Het raadslid krijgt daarmee een ongekende machtspositie en de vraag is of de coalitie, inclusief zijn ‘eigen’ VVD, daarmee kan leven.
Nog een optie: Arnold Brans stapt, al dan niet gedwongen, uit de VVD-fractie en sluit zich aan bij een andere fractie. Meest voor de hand liggende optie is dan GBLV. Die partij zal hem met open armen ontvangen. Maar dan is de coalitie zeker de meerderheid kwijt. B&W moeten hun portefeuilles ter beschikking stellen. De formatie van een nieuwe coalitie start.
Die formatie zou nog voorkomen kunnen worden door een deal tussen coalitie en oppositie over het gedurende de periode tot de gemeenteraadsverkiezing van maart 2022 te voeren beleid. Maar dan zou de huidige coalitie heel wat van de eigen plannen moeten opbergen. Bijvoorbeeld de aanleg van een nieuwe Vlietbrug.
De coalitiepartijen zullen daar, als ze enige ruggengraat hebben tenminste, niet in mee gaan. Zij zullen bovendien wijzen op de precaire financiële situatie van de gemeente en de coronacrisis met al zijn effecten; redenen om juist nu niet te gaan morrelen aan het stadsbestuur.
Dat moge allemaal zo zijn, feit is dat de marges in de politiek smal zijn en het feitelijk de ambtenaren zijn die de lijnen uitzetten. Eind 2014 verdween de VVD uit de coalitie met GBLV en D66 om vervangen te worden door PvdA en GroenLinks. Toen reed de trein ook gewoon door.
Ook nu is een wijziging in de samenstelling van de coalitie denkbaar. De vraag is echter welke partij(en) plaats maken voor opvolgers. En hoe het zit met de poppetjes. Wie kan nog met wie door één deur met het verleden in het achterhoofd.
Kortom, het is crisis in politiek Leidschendam-Voorburg. Wellicht tijd om Jan Anthonie Bruijn, formateur van het huidige college van B&W, maar weer eens te bellen. Helaas, die kan niet inspringen want de oppositie accepteert hem niet meer na zijn activiteiten bij de formatie in 2018. Toen werden de drie partijen immers buiten gesloten.
Misschien moeten we bij heer Olivier B. Bommel te rade gaan die in de Tom Poes-verhalen van Maarten Toonder steeds deze gevleugelde woorden sprak: ‘Verzin toch eens een list, jonge vriend’. (foto VVD)