De nieuwe tunnel in de N434 als onderdeel van de RijnlandRoute heeft de naam Corbulotunnel gekregen. In het gezelschap van enkele ‘Romeinen’ onthulden minister Cora van Nieuwenhuizen, gedeputeerde Floor Vermeulen en de wethouders Erika Spil (Voorschoten) en Ashley North (Leiden) de naam. Cora van Nieuwenhuizen is blij: ,,De RijnlandRoute is een groot en belangrijk infraproject waarin het Rijk en de provincie Zuid-Holland samen optrekken. Ondanks de coronacrisis is hier de afgelopen maanden op een veilige manier keihard doorgebouwd en vandaag zetten we een mooie nieuwe stap. Voor dit resultaat verdienen de bouwers en alle andere betrokkenen een groot compliment.”
De naam Corbulotunnel is afkomstig van een bekende Romeinse generaal, die 47 na Christus opdracht gaf voor het maken van een kanaal tussen de Rijn en de Maas. De RijnlandRoute en de Romeinen hebben veel gemeen. Zo gaat de tunnel in de N434 onder het Rijn-Schiekanaal door uit de Romeinse tijd. En langs de N206 ir. G. Tjalmaweg bij Valkenburg, ook onderdeel van de RijnlandRoute, zijn bijna 500 eikenhouten funderingspalen opgegraven van de Romeinse grensweg die langs de Oude Rijn liep.
Floor Vermeulen: ,,Het is fascinerend te bedenken dat de Romeinen 2000 jaar geleden al het belang van goede wegen inzagen en hierin investeerden. Nu doen wij dat opnieuw zodat de regio rondom Leiden en Katwijk goed bereikbaar blijft. Als provincie willen we bewoners de keuze bieden op welke manier ze dat doen; met de fiets, het openbaar vervoer, maar ook met de auto. De RijnlandRoute is goed voor de economie in de regio. We passen de RijnlandRoute hier ook zo mooi in, zodat ’t gebied een prettige omgeving blijft om in te verblijven. En daarmee maken we Zuid-Holland elke dag beter, geïnspireerd ook door de Romeinen.”
De komende periode wordt de Corbulotunnel verder afgebouwd, ingericht en voorbereid voor ingebruikname. Rick Pattipeilohy, projectdirecteur van aannemerscombinatie Comol5: ,,Inmiddels zijn we gestart met de afbouw van de eerste tunnelbuis. Zoals de bouw van de dwarsverbindingen in de tunnel, waardoor men kan vluchten in geval van een calamiteit. We bouwen deze passages met behulp van een techniek waarbij we de grond bevriezen. Verder brengen we de kabelkokers aan waarboven we het wegdek maken. Ook starten we met het inrichten van de tunneltechnische installaties, die op onze testlocatie al volledig zijn opgebouwd en getest, dat scheelt straks veel tijd. Het gaat dan bijvoorbeeld om het brandmeldsysteem, de verlichting, camera’s en noodtelefoons. Vanaf begin volgend jaar worden de modules kant en klaar geplaatst en sluiten we alle bekabeling aan.” Het is de bedoeling dat de eerste auto’s vanaf 2023 door de nieuwe Corbulotunnel kunnen rijden. (foto’s Vincent Basler)