Deze week is mevrouw Ineke Verbeek overleden. Zij was al geruime tijd ziek en werd 89 jaar. Menigeen kent mevrouw Verbeek als de drijvende kracht achter de wijkvereniging Oud Voorburg. Met alles wat zij in zich had, knokte ze voor haar dorp. Historicus Kees van der Leer schreef een indrukwekkende ode:
In memoriam Ineke Verbeek
Ineke Verbeek heeft jarenlang Engels gedoceerd in Leiden, waar zij in contact kwam met professor Bachrach, die een belangwekkend boek schreef over ‘Huygens and Britain.’ Het wekte haar belangstelling voor Huygens die in haar woonplaats Voorburg Hofwijck had gebouwd. Te midden van haar drukke bezigheden zag zij kans om, met enkele collega’s, een betere en veelgebruikte leermethode Engels te schrijven. Verder onderscheidde zij zich door haar veelzijdige inzet als vrijwilliger bij de musea Swaensteyn en Hofwijck te Voorburg en als bestuurslid bij de wijkvereniging Oud-Voorburg. Zeer trouw verleende zij haar diensten om de dagelijkse gang van zaken in museum Swaensteyn onberispelijk te doen verlopen. Velen mochten profiteren van haar levendige rondleidingen in museum Hofwijck, waarbij haar even beeldende als bewogen uitleg steeds zowel oud als jong boeide. Prijzenswaardig vond ik haar streven om in het toenmalige ‘mannenbolwerk’ Hofwijck een vrouw in het bestuur te krijgen, iets wat jaren later ook inderdaad gelukte.
Haar adoratie voor de Voorburgse schrijver Aart van der Leeuw en de Haagse auteur Louis Couperus gaf zij gestalte in een enkele publicatie en door haar deelname aan leesbijeenkomsten, die vaak bij haar thuis werden georganiseerd.
Haar piëteit voor waardevolle historische en culturele zaken combineerde zij met haar grote belangstelling voor tuinkunst. Met grote bewondering hoorde ik altijd haar inspirerende verhalen over haar jaarlijkse fietstocht langs tuinen en landhuizen in Engeland. En wanneer bomen en ander groen in onze omgeving gevaar liepen door bestuurlijke beslissingen of andere ontwikkelingen, leidden haar niet aflatende acties tot bezinning en vaak tot redding van het bedreigde. Zij was een van de eersten die opriep tot behoud van de cultuur-historisch waardevolle oude begraafplaats aan de Parkweg te Voorburg, die gevaar liep volledig op de schop te worden genomen, met verlies van de nog gaaf aanwezige elementen. De waardige maar vasthoudende wijze waarop zij betrokkenen tot bezinning opriep, daar waar waardevolle omgevingselementen dreigden te worden gesloopt of verminkt, dwong bij alle partijen bewondering en aandacht af.
Als bewoner van de historisch belangwekkende Oranjerie te Voorburg, een combinatie van de 16de-eeuwse boerderij ‘Onder de Linden’ en de in de 17de eeuw aangebouwde Oranjerie, beijverde zij zich zeer om dit culturele erfgoed, dat eens behoorde tot het bezit van prinses Marianne der Nederlanden, zorgvuldig te bewaren en te gebruiken voor anderen, door exposities, lezingen en concerten in dit huis. Als ik door Voorburg een rondwandeling hield langs plekken die herinnerden aan Marianne, dan mocht ik met het gezelschap altijd even binnenkijken in de Oranjerie waar zij dan als een waardige gastvrouw haar bewondering voor deze eertijds verguisde prinses niet onder stoelen of banken stak.
Een levend icoon van Voorburg is niet meer, maar de herinnering aan haar wordt gekoesterd door allen die haar hebben gekend.
(Kees van der Leer)
Op de foto mevrouw drs. Ineke Verbeek met de toenmalige wethouder Heleen Mijdam bij de onthulling van het gerenoveerde poorthek op de oude begraafplaats aan de Parkweg.