PvdA, GroenLinks en SP willen dat B&W een onderzoek laten doen naar het koloniale verleden van de gemeente. Dat blijkt uit een motie die de drie partijen vanavond in de gemeenteraad op tafel leggen.
In de motie staat de volgende oproep aan B&W: ‘een werkgroep of comité in te stellen vanuit de samenleving, bestaande uit een mix van inwoners en experts, die affiniteit hebben met en expertise van het koloniale verleden en bereid zijn om hier zitting in te nemen. Daarbij ook de expertise, die beschikbaar is vanuit het Nationaal Archief, in te zetten’.
De werkgroep/het comité krijgt als opdracht:
= Een inventarisatie te doen van alle zichtbare elementen in de publieke ruimte en publieke gebouwen vanuit het koloniale verleden in onze gemeente (bv. straatnamen, standbeelden, kerken, etc.) en aan te bevelen hoe hier nadere uitleg bij kan worden gegeven op een wijze die passend is (middels een QR-code, extra bordje, etc.),
= Bij deze inventarisatie tevens te betrekken de niet meer of niet zichtbare elementen vanuit het koloniale verleden in de gemeente, die een rol hebben gespeeld in de koloniale tijd.
= Deze beide (feitelijke) inventarisaties in een rapport aan de gemeenteraad te doen toekomen, inclusief conclusies en aanbevelingen vanuit de werkgroep/het comité,
= Jaarlijks rond 1 juli (Keti Koti) een lokale herdenking, die betrekking heeft op het koloniale verleden van Nederland, te organiseren in de gemeente, gericht op het creëren van wederzijds begrip, bewustwording, educatie en herdenken. Daar ook de scholen bij te betrekken.
De indieners, Sangita Paltansing (PvdA), Nathalie van Weers (GroenLinks) en Ed van der Schaft (SP) stellen dat het koloniale verleden van Nederland en de erfenis hiervan al jaren onderwerp van het maatschappelijke debat is. Zij wijzen erop dat op 1 juli 2021 al het Adviescollege Dialooggroep Slavernijverleden haar eindrapport presenteerde ‘Ketenen van het Verleden’, waarin zij adviseerde dat de Nederlandse Staat over moet gaan tot erkenning, excuses en herstel voor het slavernijverleden. ‘Dit is inmiddels gebeurd bij monde van Zijne Majesteit de Koning en de voormalige minister-president. Daarnaast heeft het vorige kabinet 200 miljoen euro beschikbaar gesteld voor bewustwording, betrokkenheid en doorwerking’.
‘In december 2023 is Keti Koti (Suriname) samen met Dia di Emansipashon (Curacao/Bonaire), Dia di Emancipacion di esclavitud (Aruba), Emancipation day (St.Maarten/ Saba/ St.Eustatius), allen gerelateerd aan de afschaffing van de slavernij in voormalig Nederlandse koloniën, bijgeschreven op de Inventarislijst Immaterieel Erfgoed Nederland’.
‘Het slavernijverleden een groot onderdeel is van het koloniale verleden van Nederland, maar daarnaast ook het verleden van contractarbeid van de Hindoestaanse (India, 1873-1916), Javaanse (Nederlands-Indië, 1890-1930) en Chinese bevolking (China, 1858-1874), die tevens te maken hebben gehad met deze zelfde slavernij, onderdrukking en uitbuiting, ook na de formele afschaffing van de slavernij. Een aantal gemeenten (waar onder Rotterdam, Den Haag, Gouda, Amsterdam, Nijmegen) onderzoek en/of een verkenning heeft gedaan naar het slavernij- en koloniale verleden van hun gemeenten. Ook de Provincie Zuid-Holland hier onderzoek naar heeft gedaan en aanbevelingen voor nader onderzoek heeft geformuleerd’.
‘Van het koloniale verleden van Nederland mogelijk ook elementen terug te zien en te vinden zijn in de gemeente Leidschendam-Voorburg (al dan niet zichtbaar). De koloniale geschiedenis ook, hetzij bewust, hetzij onbewust, doorwerkt in actuele maatschappelijke thema’s en vraagstukken, zoals de discussie over het Nederlandse collectieve zelfbeeld en sociaaleconomische kwesties. Aandacht besteden aan het slavernij- en het koloniale verleden van Nederland een krachtig middel kan zijn om bewustzijn en wederzijds begrip te creëren, de dialoog over dit gedeelde verleden te bevorderen en positieve verandering teweeg te brengen in gedrag en opvattingen’.