Het ziet er wat de financiën van de gemeente ‘steeds somberder uit’. Dat heeft wethouder Philip van Veller (financiën) gemeenteraadsleden laten weten aan de vooravond van de presentatie van de begroting 2025. Eerder sprak de wethouder aangaande 2026 over ‘het ravijnjaar’, doelend op een sterke afname van de uitkeringen van het rijk aan de gemeente; een lot dat Leidschendam-Voorburg deelt met andere gemeenten. Eerder dit jaar liet het vorige kabinet weten veel van de kortingen terug te draaien.
Waarop Van Veller zijn uitspraak nu baseert, is onduidelijk. Feit is wel dat B&W de komende jaren geen cent extra uittrekken voor een nieuw cultuurbeleid (budget 4,2 miljoen euro) noch voor het minimabeleid (budget 3,3 miljoen euro). In beide gevallen gaat het om ‘budgetneutrale’ veranderingen. Bij het cultuurbeleid vinden verschuivingen in de uitgaven plaats; extra geld moet bij derden worden gehaald. In het minimabeleid worden verbeteringen gefinancierd door andere regelingen naar beneden bij te stellen. Het vergroten van de doelgroep van het minimabeleid tot inwoners met een inkomen tot 30 procent boven bijstandsniveau (nu 10 procent) zit er ook niet is. Dat kost volgens Van Veller ‘te veel’.
Volgens de wethouder mag hij de financiële reserves van de gemeente, meer dan 200 miljoen euro, niet gebruiken om blijvend financiële problemen op te lossen.