Ze hadden het zo mooi afgesproken, wethouder Bianca Bremer en Rob Waaijer. Hun deal over een grootschalig bouwplan achter de gevels van de Voorburgse Herenstraat 38 tot en met 54 moest geheim blijven.
Helaas voor hen, de afspraak, vervat in een zogenoemde Intentieovereenkomst die op 20 november 2017 werd getekend, ligt op straat. En de rapen zijn gaar. Niet alleen op het Raadhuis maar ook bij Waaijer projectrealisatie en zijn partner Hoogvliet beheer.
Maar niet exclusief bij hen. Bewoners van panden die in het ‘plangebied’ liggen en hun eigendom zijn staan op hun achterste benen, net als omwonenden.
Het bouwplan (ondergrondse garage, Hoogvliet supermarkt en woningen) omvat perceel E 9623. Dat is een lap grond waarbinnen de adressen Herenstraat 38 tot en met 54, Raadhuisstraat 47b, Sionstraat 9 alsmede Vlietstraat 2 tot en met 6 vallen.
Een deel van de panden in dit gebied zijn eigendom van de gemeente, andere zijn dat niet (Herenstraat 48 en 50, Vlietstraat 2 tot en met 6). Eigenaren van die panden moesten via Vlietnieuws vernemen dat hun eigendom mogelijk slachtoffer wordt van de dadendrang van de gemeente en Waaijer.
Na het bekend worden van een en ander was het Raadhuis er als de kippen bij de berichtgeving tegen te spreken. Het ging in de Intentieovereenkomst om een ‘perceel’ en om de juridische positie van een pand. Niet om het eigenaarschap. In dit kader ‘vergat’ men zelfs Herenstraat 44-46 te noemen; gemeenlijke eigendom. Maar dit terzijde.
Nu wordt er in de Intentieovereenkomst gesproken over ‘registergoed’. Dat betreft een onroerende zaak, zoals grond maar ook panden, waarvan inschrijving in een openbaar register noodzakelijk is.
Daarnaast wordt in de Intentieovereenkomst gesproken over ‘gelegen aan Herenstraat 38, Herenstraat 40, Herenstraat 42, Raadhuisstraat 47a, Sionstraat 9, Vlietstraat 2 en Vlietstraat 4’.
Een perceel kan liggen aan bijvoorbeeld een straat, maar in combinatie met het huisnummer kan dat niet meer. Dan gaat het immers om het adres zelf. Met andere woorden: het pand dat er staat. Want dat draagt het huisnummer.
Er wordt dus getracht iets recht te praten wat krom is. Er wordt achter de schermen vorm gegeven aan een plan waar nog niemand mee heeft ingestemd. De gemeenteraad niet; bewoners van het plangebied niet; omwonenden niet.
Dat gebeurt bovendien op een moment dat de zittende gemeenteraad niet meer echt functioneert (op 21 maart zijn er gemeenteraadsverkiezingen waarop nu al wordt voorgesorteerd), en de nieuwe er nog niet is. Kortom: een politiek vacuüm.
Zo’n periode wordt wel vaker gebruikt om er zaken door heen te drukken waarvan bekend is dat er veel weerstand tegen is. En dat is hier zeker het geval.
Het gaat daarbij niet alleen om het ‘verkrachten’ van een deel van het oude centrum in Voorburg. Wat te denken van schade aan omliggende gebouwen (verzakkingen zoals in Groningen door de gaswinning daar) als er tot tien meter onder het maaiveld gegraven gaat worden voor een parkeergarage.
Graafwerkzaamheden waarbij ook de grondwaterstand (de Vliet ligt vlak bij) beïnvloed zal worden. En vergeet het Stedin/Eneco transformatorhuis niet in de Vlietstraat: de centrale stroomvoorziening voor het centrum van Voorburg. Daaraan rommelen en half Voorburg zit in het donker.
Hoe dan ook, de kosten van grond- en pandenaankoop, slopen, graven, bouwen worden geschat op 10 tot 20 miljoen euro. Kosten die je er als investeerder (Hoogvliet beheer) niet uithaalt met 30 nieuwe woningen.
In de Intentieovereenkomst staat dat de plannen worden afgeblazen als ze economisch onhaalbaar en/of maatschappelijk onaanvaardbaar blijken. Beiden is het geval. Dus laat dit rampenplan maar rustig in een prullenbak verdwijnen. Liefst zo snel mogelijk.