‘Ik denk dat inmiddels wel duidelijk is dat die brug een steeds minder haalbaar plan wordt’. Wouter Jorissen, D66-gemeenteraadslid, formuleerde het nog voorzichtig. Hij wilde zich, als tegenstander van een nieuwe Vlietbrug in Leidschendam, kennelijk nog niet rijk rekenen.
Formeel had hij daar na het gemeenteraadsdebat van woensdagavond over maatregelen die de bereikbaarheid van en doorstroming in het Leidschendamse Damcentrum moeten bevorderen, ook gelijk in.
Geen van de woordvoerders van de vier coalitiepartijen schoot de brugbouw immers keihard af. Men verschool zich achter nader onderzoek dat B&W willen doen naar de financiering en de haalbaarheid, met name de medewerking van de provincie Zuid-Holland. Die is immers beheerder van de Vliet.
Maar ook zonder een keihard ‘nee’ tegen de brug, hing een afwijzing wel ‘in de lucht’. Zo nam CDA-fractieleider Fred Duijn afstand van zijn eigen verkiezingsprogramma waarin staat ‘Bij de bruggen over de Vliet komen geen tolpoortjes. In plaats daarvan komt er een extra oeververbinding over de Vliet nabij Klein Plaspoelpolder’.
Dat was, zo verklaarde Duijn desgevraagd, de kennis van toen (maart 2018). Nu wilde hij niet meer ‘voorsorteren’. Niet kiezen tussen een brug of selectieve toegang tot het Damcentrum. Het nadere onderzoek van B&W wil het CDA met ‘open vizier’ tegemoet treden. ,,Wij zijn heel benieuwd wat kan. En als iets niet kan krijgen we een heel andere discussie.’’
Bij VVD van eenzelfde laken een pak. Het verkiezingsprogramma: ‘Wat ons betreft komt er een einde aan het jarenlange gesteggel over een extra oeververbinding. Er komt zo snel mogelijk een nieuwe brug’.
Nu noemde gemeenteraadslid Harma Aris de brug niet eens meer. In plaats daarvan brak zij een lans voor selectieve toegang (door Aris omgedoopt tot ‘selectieve doorgang’), een systeem waar de liberalen tot nu toe mordicus tegen waren. ‘Over my dead body’ zo sprak Aris’ partijgenoot Bart Eleveld onlangs nog in de gemeenteraad. Woensdagavond ontbrak hij echter in de raadszaal. Vragen over die afwezigheid werden niet beantwoord.
Ook bij de coalitiegenoten van CDA en VVD, PvdA en ChristenUnie geen enkele verwijzing naar de brug. Sterker nog, PvdA’er Delroy Blokland stelde onomwonden dat selectieve toegang nodig is. Zijn collega van ChristenUnie-SGP, Kees Verschoor, herinnerde eraan dat zijn partij in het verleden tegen de brugbouw was.
In 2016 sprak de gemeenteraad zich uit tegen de brugbouw (GBLV, D66, PvdA, GroenLinks, ChristenUnie-SGP). Dat gebeurde toen op basis van drie onderzoeken. Nu ligt er een vierde rapport naast. Aan alle speurwerk is zo’n half miljoen euro uitgegeven. De conclusies zijn steeds dezelfde: de brug is ongelooflijk duur, helpt het Damcentrum een beetje maar zorgt elders in de gemeente voor nieuwe en grote verkeersproblemen.
Die uitkomsten blijven hetzelfde, ook al wordt en nu nog een half jaar van studiewerk tegen aan gegooid. Daar komt bij dat de gemeente alleen maar armlastiger is geworden. En de animo van de provincie om mee te werken bij de brug alleen maar afneemt.
De conclusie: een nieuwe Vlietbrug is een brug te ver gebleken. Daar zijn CDA en VVD nu ook achter gekomen. Het sprookje is uit. Tijd om over te schakelen op maatregelen die het Damcentrum wel echt helpen.