H10, het bureau dat namens tien gemeenten waaronder Leidschendam-Voorburg, jeugdhulp inkoopt bij aanbieders, stelt te weinig eisen. Er is ook geen beleid gericht op het oplossen van problemen bij de jeugdhulp, met name de kosten.

Dat hebben gemeenteraadsleden van de tien gemeenten vastgesteld op een bijeenkomst in Rijswijk. De gemeenteraadsleden hebben besloten nauwer te gaan samenwerken om zo meer grip op de problemen bij de jeugdhulp te krijgen.

De gemeenten zijn sinds 1 januari 2015 verantwoordelijk voor de jeugdzorg. Tegelijk kortte de rijksoverheid de financiële middelen. Leidschendam-Voorburg komt jaarlijks miljoenen euro’s te kort op de jeugdhulp.

Volgens de gemeenteraadsleden moet de onderlinge samenwerking leiden tot het eerder beschikbaar komen van informatie en ook betere informatie. Zo kan de positie van de gemeenteraden versterkt worden en kan men samen gaan optrekken.

De gemeenteraadsleden, waaronder Sabrina van den Heuvel (VVD) en Kees Verschoor (ChristenUnie-SGP), vinden dat ze nu te weinig invloed hebben. Dat terwijl het om een complexe materie gaat.

H10 is een zogenoemde ‘gemeenschappelijke regeling’. Daar is door gemeenteraden lastig grip op te houden. De gemeenteraden kunnen nauwelijks kaders stellen en controle is pas achteraf mogelijk.

De toegang tot de jeugdhulp is nu per gemeente anders geregeld. Ook dat maakt het lastig eisen te stellen aan die toegang zodat er resultaatgericht gewerkt kan worden.