In het tweede jaar dat de politie gebruikmaakt van het stroomstootwapen, wordt dit geweldsmiddel landelijk minder vaak gebruikt. De inzet is gedaald van 343 naar 170 keer. Na de zomer van 2018 is het gebruik van de schokmodus sterk afgenomen. Ook is het stroomstootwapen na de zomer niet meer ingezet tegen personen die al (deels) onder controle en/of ingesloten waren. In alle 170 gevallen waarbij het wapen is ingezet, werden lastige gevaarsituaties tot een goed einde gebracht: personen werden aangehouden of onder controle gebracht. Dit najaar gaat de minister in debat met de Tweede Kamer over het al dan niet aanschaffen van het stroomstootwapen. De politie heeft al eerder geadviseerd het middel beschikbaar te willen stellen aan de agenten werkzaam in de noodhulp.

Dit zijn de belangrijkste conclusies uit de monitor die deze week naar de Tweede Kamer is gestuurd. Portefeuillehouder conflict en crisisbeheersing Frank Paauw is positief over de werking en toepassing van het wapen. ‘Vaak is een waarschuwing dat het wapen kan worden ingezet genoeg om medewerking te krijgen. Ook uit deze verlengde periode blijkt dat het stroomstootwapen een goede aanvulling is op de wapenuitrusting van de politie en dat het de agent op straat meer zelfvertrouwen geeft. Daarnaast  zien we dat de inzet van het stroomstootwapen nauwelijks tot geen letsel oplevert bij de getaserde. Vanzelfsprekend blijven we monitoren hoe we het wapen optimaal en veilig kunnen inzetten.’ Sinds 2017 zit het stroomstootwapen als proef in de standaarduitrusting van agenten die werkzaam zijn in de incidentafhandeling in Zwolle, Amersfoort, Rotterdam en bij de ondersteuningsgroep Noord-Nederland. Ze kunnen hiermee verdachten op veilige afstand onder controle brengen, met een minimale kans op letsel voor verdachten, agenten en omstanders.

Socials

vlietnieuwsfacebookOp Facebook

vlietnieuwtwitter Op Twitter