D66-gemeenteraadslid Charlotte Bos maakt zich zorgen over een groot aantal gemeentelijke projecten en plannen zoals de bebouwing van landgoed Schakenbosch, Duivenvoorde en Klein Plaspoel Polder, een nieuwe Vlietbrug in Leidschendam en de nieuwbouw op het terrein van het Diaconessenhuis in Voorburg.

Aanleiding vormt een uitspraak van de Raad van State. Die oordeelde eind mei dat alle plannen en projecten die nog niet definitief zijn en die kunnen leiden tot een toename van de uitstoot van stikstofoxiden of ammoniak, opnieuw beoordeeld moeten worden.

In 2015 trad het Programma Aanpak Stikstof (PAS) in werking. De doelstelling van het PAS was om enerzijds beschermde Natura 2000-gebieden te realiseren door het nemen van maatregelen om stikstofemissie te verminderen, en anderzijds economische ontwikkelingen mogelijk te maken door vooruit te lopen op toekomstige reductie van stikstofemissie.

Dat laatste, vooruitlopen op, heeft de Raad van State nu geblokkeerd. Alleen onherroepelijk gegeven vergunningen blijven in stand. Alle andere activiteiten zoals landbouw, woningbouw, infrastructurele projecten, dijkversterkingen en industrie worden erdoor getroffen.

Bos wil nu weten of B&W de gevolgen voor Leidschendam-Voorburg al in kaart hebben gebracht. En welke maatregelen B&W denken te gaan nemen om projecten niet in gevaar te brengen, dan wel voorgenomen projecten te laten aanpassen zodat de stikstofemissies niet toenemen.

In een brief aan Provinciale Staten stelt gedeputeerde Floor Vermeulen dat er nog veel onduidelijkheid heerst over de uitspraak van de Raad van State, de effecten ervan en mogelijke oplossingen. Daarbij is de Rijksoverheid aan zet. Vermeulen verwacht pas tegen het eind van het jaar eerste antwoorden.

‘Bij gemeenten, initiatiefnemers en belangenverenigingen uit verschillende sectoren leven veel vragen die we op dit moment nog niet kunnen beantwoorden’, aldus Vermeulen. ‘In de zomer komen de betrokken ministeries met een lijst van alle (Rijks)projecten die door de uitspraak worden geraakt. Ook de provincies, waterschappen en gemeenten zullen een lijst van projecten opstellen. Hiervoor is naar verwachting meer tijd nodig, omdat dit een omvangrijkere opgave is’.