Johan Remkes, burgemeester van Den Haag, is geen man die om de hete brei heen draait. Als hij zegt – zie Vlietnieuws 24 december – dat de toestand bij de politie-eenheid Den Haag ‘onacceptabel’ is, is dat ook zo.

De eenheid, waar ook het politiekorps Leidschendam-Voorburg onder valt, kampt met een groot personeelstekort. Er zijn al meer dan 400 agenten te weinig. En die toestand zal voorlopig ook niet beter worden.

Dat de veiligheid van eenieder daardoor in het geding is, is duidelijk.

In heel Nederland zijn ongeveer 50.000 politiemensen actief waarvan de helft op straat. De dames en heren van de politie zijn echter maar 70 procent van de hen toegeschreven werktijd ‘beschikbaar’. Voor de rest zijn ze vrij, ziek, op training of volgen ze lessen.

Met andere woorden: van de 50.000 blijven er 17.500 over onder de noemer ‘blauw op straat’. Als daar dan ook nog eens onbezette arbeidsplaatsen bij komen, wordt dat aantal nog lager.

Remkes heeft zijn noodkreet vervat in een brief aan het kabinet. Mede namens Klaas Tigelaar, burgemeester van Leidschendam-Voorburg.

Burgemeesters zijn verantwoordelijk voor openbare orde en veiligheid. Zij hebben ‘het gezag’ over de politie.

In 2018 ging Klaas Tigelaar akkoord met het sluiten van het politiebureau in de weekeinden, met een mindere bezetting op het bureau, met één auto minder voor de surveillance binnen de gemeente, met een krachtenbundeling met Wassenaar.

Een debat over deze maatregelen en het effect op de veiligheid van de inwoners van Leidschendam-Voorburg in de gemeenteraad werd nooit gehouden. Het stond twee maal, op de agenda, maar werd er ook evenzovele malen weer afgehaald.

De gemeenteraadsleden, die normaliter hun mond vol hebben over de veiligheid van de burger (blader de programma’s voor de gemeenteraadsverkiezing van maart 2018 er maar eens op na), volstonden met een anoniem ‘werkbezoek’ aan het politiebureau Hraniceplein.

De politie-eenheid Den Haag kent het district Zoetermeer – Leidschendam-Voorburg. Dat kent op zijn beurt weer vier ‘basisteams’. D2 is Leidschendam-Voorburg. Formele sterkte: 99 agenten plus 14 aspiranten: 113 mensen totaal.

Op grond van de eerder genoemde rekensom voor heel Nederland zouden er van die 113 permanent 39 beschikbaar moeten zijn voor ‘straatdienst’. Het door Remkes genoemde tekort aan mensen, moet nog van dat aantal afgetrokken worden. En dat voor 75.000 mensen.

Het zijn papieren getallen. De realiteit is dat er op straat nu al vrijwel geen politiemens is te bekennen. En dat landelijke gebieden (Stompwijk, Wilsveen) het moeten doen met één agent, zoals Remkes schrijft. Een toestand die hij zelf als ‘onveilig’ aanduidt, ook voor de betrokken politieman of vrouw.

Dat de Haagse burgemeester, gesteund door zijn collega’s in de regio, juist nu aan de bel trekt is veelzeggend: vlak voor de jaarwisseling. Zo ongeveer de drukste 48 uur in de politieroosters.

Voor de burgers is het tegelijk een beangstigend signaal. Een boodschap ook: ‘De politie kan het niet meer aan. U staat er alleen voor’.