Aan de keurige Herenstraat in Voorburg woedt sinds kort een strijd tussen twee woningeigenaren. Een conflict dat op het scherpst van de snede wordt uitgevochten.
Aan de ene kant de eigenaresse van Herenstraat 35, een rijksmonument. Aan de andere kant de eigenaar van Herenstraat 33, een gemeentelijk monument.
Eerstgenoemde is 82 jaar en woont er al zo’n 50 jaar. Bij Herenstraat 33 gaat het om een echtpaar dat het pand, een voormalige winkel, in de herfst van 2019 kocht. Men wil er na een grondig opknapbeurt gaan wonen en een winkel in vintage annex woninginrichting gaan beginnen.
Steen des aanstoots was in eerste instantie een ijskelder onder nummer 33. Van die kelder heeft de bewoner van nummer 35 genotsrecht; de eigenaar van nummer 33 moet dat gedogen. Nummer 35 heeft echter geen eigendomsrecht over de kelder. Dat is gebleken na een kadastraal onderzoek.
Ooit waren de panden Herenstraat 31, 33 en 35 één. In 1836 werden ze gesplitst. In 1878 is er een hermeting geweest. Toen is de 12 vierkante meter grond met de ijskelder onder nummer 33, bij Herenstraat 35 gevoegd. Echter zonder eigendomstitel.
Deze administratieve fout is nu ontdekt en notarieel vastgelegd. En dat betekent dat de eigenaar van nummer 33 de vloer boven de ijskelder kan gaan vervangen c.q. verstevigen. Tot nu toe kon dat niet omdat de eigenaresse van nummer 35 dat tegenhield.
Er is echter meer dan de ijskelder die beide partijen verdeelt. De nieuwe eigenaar van 33 ontdekte een door vocht totaal verzadigde zijmuur aan de achterzijde. Hij liet deze injecteren tegen vocht doch dat hielp niet.
Nadere studie leerde dat er geen regenpijp zat. Een euvel dat al geruime tijd moet hebben bestaan gezien de groen zwarte uitslag van de muur. Maar er is meer. Andere zijmuren worden aangetast door weelderig groeiende klimop.
Inmiddels hebben beide partijen zich gewend tot de gemeente. De bewoonster van Herenstraat 35 omdat de buurman dingen zou doen die hij volgens de omgevingsvergunning niet zou mogen; de eigenaar van 33 omdat Herenstraat 35 op diverse plekken verwaarloosd is. En dat mag niet bij een Rijksmonument.
Ambtenaren van de gemeente zijn bij beide partijen inmiddels meerdere malen langs geweest naar aanleiding van ‘meldingen’ die beide eigenaren over elkaar bij de gemeente hebben gedaan. Dat heeft geresulteerd in twee aanschrijvingen van de gemeente aan de bewoonster van nummer 35.
In eerste instantie een brief waarin haar werd gesommeerd binnen 4 maanden de volgende zaken aan te pakken: houtrot kozijn dakkapel; roedes kruiskozijnen; houtrot onderkant voordeur; kromgetrokken kruiskozijn; verfwerk hele pand. Boete: voor elke week vertraging per geval 500 euro met een maximum van 6000 euro per geval. In totaal dus maximaal 30.000 euro.
De tweede brief bevatte een soortgelijke aanwijzing voor regenpijpen, dakgoed en stucwerk. Voor elke week vertraging een boete van 375 euro met een maximum van 6000 euro, alleen voor de regenpijpen (die er binnen een maand moeten zitten) iets minder: 250 euro respectievelijk 1000 euro. Maximale boete dus 13.000 euro.
De eigenaresse van nummer 35 claimt echter dat alles niet te kunnen betalen. Een stelling die door de buurman met een grote korrel zout wordt genomen.
De verhoudingen zijn inmiddels zo verzuurd dat beide partijen verzekeraar DAS op het dossier hebben gezet. Bovendien heeft de eigenaar van nummer 33 aangifte gedaan wegens smaad en laster door de belangenbehartigster van de bejaarde bewoonster van nummer 35. Ook stelt hij haar in gebreke voor mogelijke schade die kan ontstaan door haar activiteiten richting de media.
,,Alles wat zij naar buiten toe heeft beweerd klopt niet. En dat kan ik aantonen. Ik ben hier het slachtoffer. Niet mijn buurvrouw. Die kelder is van mij. Verder heb ik een normale vergunning. Ik weet wat ik doe.’’
,,Zij brengt mij schade toe. Ik zit met drijfnatte gevels en funderingen. Zij moet als eigenaar van een Rijksmonument dat monument onderhouden. Dat is de wet. De gemeente was overigens al bezig haar een te pakken.’’
Hoe lang de ‘loopgravenoorlog’ nog gaat duren durft niemand te voorspellen. Vooralsnog zijn beide partijen bezig met het verzamelen van nog meer munitie. Bijvoorbeeld over elkaars financiële situatie.
Tot slot nog dit: indien de gemeente regelmatig de staat van Rijksmonument Herenstraat 35 had gecontroleerd had men al deze ellende kunnen voorkomen. Dan waren de nu geconstateerde gebreken immers al in een vroegtijdig stadium ontdekt en verholpen.