De relatie met de gemeente Den Haag is ‘nog steeds een worsteling’. Dat heeft wethouder Jan-Willem Rouwendal de gemeenteraad laten weten. Volgens hem zet Den Haag wel in op versterking van de band met Leidschendam-Voorburg ‘maar er gaat wel eens iets mis’.
Volgens Rouwendal vinden er wel op alle niveaus gesprekken plaats met Den Haag over plannen van die gemeente die effecten hebben voor Leidschendam-Voorburg. B&W gaan daar niet ‘met gestrekt been’ in, in een poging alles te torpederen.
Daar waar winst te behalen valt voor Leidschendam-Voorburg zullen B&W daarin wel meegaan. In gevallen waar dat niet zo is zal de gemeente een kritisch geluid laten horen.
De wethouder maakte zijn opmerkingen naar aanleiding van een motie die de gemeenteraad met algemene stemmen aannam. Daarin wordt de opstelling van Den Haag richting Leidschendam-Voorburg bekritiseerd met name bij de bouwplannen rond station Laan van Nieuw Oost Indië.
Volgens Monica Velú, gemeenteraadslid GBLV en opsteller van de motie, houdt Den Haag te weinig rekening met Leidschendam-Voorburg. Er is volgens haar een betere afstemming nodig. ,,Plannen stoppen niet bij gemeentegrenzen.’’
De gemeenteraad wil nu dat Den Haag Leidschendam-Voorburg als gesprekspartner ziet bij vervoersprojecten die beide gemeenten raken. Bij de opstelling van een Leefbaarheids Effect Rapport (LER) moeten Leidschendam-Voorburg en haar inwoners actief betrokken worden.
In een Milieu effect rapportage (mer) over de bouwplannen rond het station Laan van Nieuw Oost Indië moeten de effecten voor Leidschendam-Voorburg en haar inwoners meegenomen worden.
Bij de verdere uitwerking van de Haagse plannen moeten inwoners van Leidschendam-Voorburg actief betrokken worden. Zij mogen niet voor voldongen feiten worden gesteld. Daarnaast moeten effecten op de parkeerdruk in Voorburg-Noord onderzocht worden.