‘Deze bijeenkomst gaat niet over het wel of niet realiseren van een nieuwe brug over de Vliet. Hierover heeft het college (van B&W, red.) nog geen besluit genomen’.

Vooraf was de boodschap van de gemeente duidelijk: wie dat wilde kon op een informatiebijeenkomst maandagavond kennis nemen van de bouwplannen voor Klein Plaspoelpolder (KPP). Maar over een nieuwe Vlietbrug mocht het niet gaan.

Leuk bedacht, ware het niet dat op de kaarten die getoond werden voor de nieuwe bebouwing in het gebied tussen Vliet, J.D. Zocherstraat, Oude Trambaan en Plaspoelkade, geen brug te bespeuren was.

Sterker nog: op de plek waar de brug vanaf de oostkant van de Vliet in KPP de oever moet bereiken, zijn woningen gepland. ‘Huizen met uitzicht op de Vliet’, zoals het ter plekke door de architect werd aangeprezen.

Geconfronteerd met de vraag waar de brug was gebleven kwam als reactie kort en duidelijk: ‘Die staat er niet op’. Om er vervolgens snel weer het zwijgen toe te doen. ‘Daar mag ik verder niets over zeggen’.

Zo ook wat betreft de weg die door KPP zou moeten lopen vanaf de brug richting Oude Trambaan. Oorspronkelijk moest het profiel van de Nieuwe Havenstraat daarvoor gebruikt worden. Maar die strook is in de bouwplannen verlegd en gewijzigd in een aantrekkelijk groen verblijfsgebied voor de toekomstige bewoners.

De brug, er lijkt een vloek op te rusten vanaf het moment dat de coalitie van VVD, CDA, PvdA en ChristenUnie-SGP in het coalitieakkoord aankondigde een taboeloos onderzoek naar die oeververbinding te gaan doen.

Nu twee jaar later is duidelijk dat de brug meer verkeer zal aantrekken; zal zorgen voor verkeersproblemen in omliggende wijken; alleen helpt als er in Leidschendam-Centrum tegelijk een systeem van selectieve toegang (alleen bestemmingsverkeer voor een bepaalde tijdsperiode) wordt doorgevoerd; 21,1 miljoen euro ex. btw kost om aan te leggen; 18,4 miljoen euro ex. btw kost om te onderhouden; veel (17) kostenposten nog onduidelijk zijn waardoor de rekening nog eens fors zal oplopen; de provincie Zuid-Holland (beheerder van de Vliet) er niet aan wil; Justitie tegen de selectieve toegang is.

Toch kunnen B&W de knoop maar niet doorhakken. Oorspronkelijk was de periode rond de jaarwisseling 2019-2020 voorzien. Onder het mom van ‘nader onderzoek’, onder andere naar het effect van de werken op de stikstofneerslag in natuurgebieden, werd dat uitgesteld. Nu staat de jaarwisseling 2020-2021 als ‘definitief’ beslismoment genoteerd.

Geconfronteerd met de KPP-bouwplannen wordt op het Raadhuis volmondig, en direct, erkend dat de oeververbinding er niet op staat: ‘nee’. Om er na een stilte – alsof de consequenties van het vlotte ‘nee’ dan pas doordringen – op te laten volgen: ‘Maar dit bouwplan is te realiseren met en zonder de brug. En de weg kan tussen de gebouwen door’.

Ja ja, alsof Borghese Real Estate, Amvest en OZ architecten bouwplannen en detail uittekenen en presenteren die over een half jaar de prullenbak in kunnen omdat er ruimte gemaakt moet worden voor een brug annex weg. Of een groene woonomgeving aanprijzen bij kopers van woningen die vervolgens plots een druk bereden weg voor hun neus zien verschijnen, inclusief geluidhinder en luchtvervuiling. Hoe betrouwbaar ben je dan nog?

Het feit dat Borghese, Amvest en OZ claimen dat er begin 2021 gestart worden met hun bouwprojecten, geeft op zich ook een indicatie. Die start kan immers alleen succesvol zijn als je duidelijkheid hebt dat je je plannen kunt uitvoeren zoals bedacht. En dat je dat kennelijk nu al weet…

Terug naar de coalitie. VVD en CDA hebben zich voor de nieuwe Vlietbrug uitgesproken: PvdA en ChristenUnie-SGP voelen er niets voor. Maar de coalitie moet overleven, dus wordt besluitvorming tot nu toe uitgesteld.

Bij de argumenten die al tegen de brugbouw op tafel lagen komen er inmiddels enkele bij. Door de coronacrisis is het verkeersaanbod veel lager. De nieuwe trend is thuiswerken. Ook dat scheelt autogebruik. De gemeente zit in financieel zwaar weer. Grondverkoop en huizenbouw leveren geld op; de brugbouw kost alleen maar tientallen miljoenen euro’s.

Een duur systeem van selectieve toegang is niet nodig. Daarmee is ook de horeca rond het Sluiscomplex gediend; horeca die het al zo moeilijk heeft door corona. Ruzie met de provincie, Justitie, de gemeente Den Haag (effect selectieve toegang aan de Haagse oostkant van de Vliet) en Rijkswaterstaat (filevorming A4 omdat de nieuwe brug open staat) wordt vermeden. En de Sytwende fiets- en voetgangersbrug kan blijven liggen.

De verpakking van een negatief besluit is er: nu de inhoud nog. Voor die inhoud is CDA-wethouder Juliette Bouw als eerste verantwoordelijk. En daar zit waarschijnlijk ook de grootste hobbel: hoe haar gezichtsverlies te beperken zodat ze geloofwaardig door kan als wethouder tot aan de gemeenteraadsverkiezing van maart 2022. B&W hebben in hun eigen berekening nog een half jaar de tijd om dat te regelen. De rest is al rond.