B&W willen een nieuwe brug over de Vliet in Leidschendam aanleggen. Ze vragen de gemeenteraad in te stemmen met de verdere voorbereiding van die aanleg (kosten 800.000 euro) en aanvullende verkeersmaatregelen. Over de echte brugbouw zou pas besloten moeten worden als de meest optimale vorm van de in te voeren verkeersmaatregelen vaststaat.
Dat blijkt uit een brief van verantwoordelijk wethouder Juliette Bouw aan de gemeenteraad. De brugbouw zelf kost minimaal 19,7 miljoen euro. Dat geld willen B&W uit de reserves van de gemeente halen. Als alles door gaat, waarvoor ook nog een aantal tussentijdse besluiten van de gemeenteraad nodig zijn, zou de brug – die de Vlietweg ter hoogte van de N14 verbindt met Klein Plaspoelpolder – er in 2026 kunnen liggen.
Met de nieuwe brug willen B&W het verkeersaanbod op de Sluisbrug in Leidschendam en de Wijkerbrug in Voorburg terugdringen. Dat lukt echter alleen als op die twee oeververbindingen alsmede de nieuwe brug en de Kerkbrug in Voorburg een zogenoemd ‘ontheffingssysteem’ gaat gelden.
Dat houdt in dat inwoners, bepaalde bedrijven en werknemers van ondernemingen rond de bruggen een ontheffing krijgen om ze met hun auto’s te gebruiken. Voor anderen – met name doorgaand verkeer – geldt dat zij de bruggen niet mogen gebruiken. Camera’s gaan dat controleren.
De Kerkbrug wordt hier in meegenomen om te voorkomen dat alle verkeer over die brug gaat als het systeem bij de andere oeververbindingen gaat gelden. In de gemeente resteert dan de Oude Tolbrug (Westvlietweg-Fonteynenburghlaan) die voor eenieder bruikbaar is. Maar de wegen daar kunnen dat aan, aldus B&W.
Het ontheffingssysteem kost bij invoering dik 700.000 euro. Daarna 122.000 euro per jaar. Vanwege de brugbouw en de aanleg van een aansluitende weg door Klein Plaspoelpolder kan de gemeente daar minder grond voor huizenbouw verkopen. Dat scheelt 1,6 tot 3,7 miljoen euro aan inkomsten.
In de financiering van het hele brugplan zit een blijvend tekort van 436.000 euro per jaar. B&W hebben nog geen oplossing voor de dekking daarvan. Het tekort treedt na 2024 op.
Met het opheffingssysteem moet het aantal auto’s dat de Vlietbruggen passeert in 2030 terug gedrongen worden naar maximaal 6000 per 24 uur. Behalve op de Oude Tolbrug en de omliggende wegen daar zal er door de plannen meer verkeer komen op de N14, Noordsingel, Prins Bernhardlaan, Bachlaan en rondom het punt waar Damlaan-Oude Trambaan-Bachlaan-Koningin Julianaweg zich treffen. Hoe die toename moet worden bijgestuurd, weten B&W nog niet.
Wat de effecten van de plannen zijn op luchtvervuiling, geluidhinder en stikstofneerslag wordt nog bekeken. De brugbouw kan zorgen voor te veel stikstofneerslag in natuurgebieden, hetgeen op grond van een besluit van de Raad van State niet mag. Dat probleem signaleren B&W maar kondigen geen maatregelen aan.
Wel komen er, als de gemeenteraad akkoord gaat, vier displays met ‘Brug open’ op de Bachlaan, Oude Trambaan en Vlietweg. Kosten 80.000 euro. Daarnaast komen er drie Dynamische routesysteem panels (kosten 280.000 euro): twee op de Noordsingel/Veursestraatweg en 1 op de Oude Middenweg bij de Kostverlorentunnel. Die panels geven automobilisten alternatieve routes aan: weg van de Vlietbruggen. Het betreft in beide gevallen voornemens uit 2018 die nooit zijn uitgevoerd.
Over het brugplan start de gemeente nu een inspraakronde voor inwoners en ondernemers om mee te praten over de meest optimale vorm van verkeersmaatregelen op de lokale bruggen.