De gemeente kan de eigenaar van een aantal leegstaande winkels aan het Damplein in Leidschendam niet dwingen die zaken te bezetten. De gemeente kent namelijk geen leegstandsverordening die zulks mogelijk zou maken. Het dreigen met de inzet van dat instrument heeft dan ook weinig zin.
Dit blijkt uit stukken van B&W. Het college besprak de zaak op 27 juni aan de hand van vragen van VVD-fractieleidster Astrid van Eekelen over de toestand rond het Damplein. Eerder berichtte Jac Cornelissen, manager winkelcentra van de gemeente, aan gemeenteraadsleden dat nadrukkelijk werd gekeken naar inzet van de leegstandsverordening om de leegstand van winkels aan het Damplein aan te pakken.
Van Eekelen vroeg B&W welke instrumenten de gemeente heeft om de situatie rondom de leegstand te beïnvloeden en wat B&W tot nu toe gedaan om de leegstand te beperken. Ook wilde zij weten wat B&W in de toekomst nog dachten te gaan doen aan dat probleem aan te pakken. Opvallend: de vragen van de VVD-politica hadden voor 12 juli beantwoord moeten zijn. Dat is echter nog steeds niet gebeurd.
