Nieuws
Arbeidsmarktbeleid richt zich op kansrijken

De gemeente gaat het arbeidsmarktbeleid richten op mensen waarvan men denkt dat die binnen twee jaar weer een baan kunnen vinden. Dat is ongeveer 40 procent van het aantal mensen dat nu een gemeentelijke uitkering heeft omdat men niet werkt.

Dit blijkt uit de nota Re-integratie en participatie 2019 – 2022. Het daarin geschetste beleid gaat het arbeidsmarktbeleid van de afgelopen vier jaar vervangen. Er komt echter geen cent extra vrij voor het beleid. Het zal vorm gegeven moeten worden met de beschikbare 4 miljoen euro per jaar.

Door het beleid te richten op kansrijken, hopen B&W dat zij sneller een baan vinden waardoor de uitkeringslast voor de gemeente daalt. Over 2017 kwam de gemeente 5,55 miljoen euro te kort op dit beleid.

Nu wordt alle geld besteed aan de hele groep ongeacht de afstand tot de arbeidsmarkt. Daarom is er weinig persoonlijke aandacht en dat betekent slechtere resultaten van het beleid. Met het nieuwe beleid volgt de gemeente het voorbeeld van Delft.

De kansrijken krijgen een speciale begeleiding. Er wordt groepsgewijs gewerkt: 50plus, statushouders (vooral onder 23 jaar), jongeren onder 27, overigen. Elke groep krijgt een eigen traject. Heeft betrokkene na twee jaar nog geen baan dan stopt de speciale begeleiding.

Voor de niet-kansrijken wordt het beleid gericht op onbetaalde maatschappelijke participatie (vrijwilligerswerk). Dat zal in samenwerking met welzijnsorganisaties vorm worden gegeven. Er wordt wel contact met de betrokkenen gehouden. Indien er een kans ontstaat dat zij toch weer snel aan de slag kunnen, dan worden zij bij de groep kansrijken gevoegd.

Kansrijken krijgen straks 2 tot 3 weken de tijd zelf een baan te vinden. Lukt dat niet dan volgt directe arbeidsbemiddeling, een speciaal traject of wordt men bij de niet-kansrijken ingedeeld.

In de gemeente hebben een kleine 2000 inwoners een bijstandsuitkering. In 43 procent van de gevallen heeft men die uitkering minder dan twee jaar; in zestien procent van de gevallen langer dan elf jaar. Het gemeentelijk tekort is ontstaan door groei van het aantal mensen met een uitkering, hogere uitgaven en speciale kenmerken van de groep die de uitkering krijgt.

Socials

vlietnieuwsfacebookOp Facebook

vlietnieuwtwitter Op Twitter