Wethouder Nadine Stemerdink zet de gemeenteraad onder druk om akkoord te gaan met het plan om het operationeel houden van gemalen en persleidingen in de toekomst samen met Pijnacker-Noordorp en Delft te gaan regelen. De bestuurder heeft de raad bericht dat de twee andere gemeenten al akkoord zijn gegaan en dat ‘is besloten’ op 1 juni te starten met het project.
In de laatste gemeenteraadsvergadering bleek er geen meerderheid voor het plan. De drie oppositiepartijen GBLV, D66 en GroenLinks kregen daarbij steun van coalitiepartij VVD. Stemerdink toonde zich verrast door de kritiek en stelde dat de gemeenteraad al sinds medio 2018 wist wat er aan kwam. De meerderheid bleek niet overtuigd vanwege de kosten van het geheel (70.000 euro per jaar volgens de stukken) en de redenen ervoor: te weinig personeel in Leidschendam-Voorburg.
In een nieuw bericht aan de gemeenteraad stelt Stemerdink nu dat de kosten 75.000 euro per jaar extra zijn. Bovendien moet er éénmalig nog eens 31.000 euro extra worden uitgegeven. Zij laat bovendien weten dat het niet om drie monteurs uit Leidschendam-Voorburg gaat, zoals eerder beweerd werd, maar om twee. Het met Pijnacker-Nootdorp en Delft te vormen team zal ook geen tien mensen omvatten, doch acht.
De wethouder wijst alternatieven af. Als Leidschendam-Voorburg het alleen moet doen, moet het team monteurs verdubbelen. Inzet van piketdiensten werkt niet want die mensen zijn minder deskundig. Hoogheemraadschap Delfland wil de taak niet overnemen. Het uitbesteden aan een bedrijf betekent dat kennis en kunde verloren gaat.
