Bij de gemeente rammen ze zich graag op de borst over de klantvriendelijkheid jegens de inwoners. De dienstverlening wordt zogenaamd steeds beter. Een praktijkvoorbeeld laat echter zien dat de werkelijkheid achter deze facade heel anders is.

In februari 2018 diende ik een klacht – formeel ‘een melding’ – in bij de gemeente over drie zaken: een heg die over een stoep hing waardoor voetgangers hun weg versperd zagen; een verwaarloosd park en een gat in de weg.

Per mail kreeg ik prompt te horen dat de klacht was geregistreerd en men ermee aan de slag ging. Zichtbaar gebeurde echter niets.

Op 17 maart 2018 trok ik derhalve maar weer eens aan de bel. Dit nadat mij was gebleken dat de gemeente contact had gehad met de ‘hegbezitter’; men beloofde ‘binnenkort’ met het park aan de slag te gaan en omwonenden was bericht dat het gat in de weg niet aangepakt kon worden vanwege vorst in de grond. En dat alles zonder een woord tot mij te richten.

Opnieuw werd mij meegedeeld dat de klacht was geregistreerd en men ermee aan de slag ging. Inderdaad werd enige tijd later het gat in de weg provisorisch gedicht. Of dat het gevolg was van mijn aandringen, eigen waarneming van de gemeente of klachten van andere omwonenden is mij onbekend. Want een terugkoppeling kreeg ik niet. Ook geen bericht dat de klacht was afgehandeld.

Op 4 mei 2018, nu precies een jaar geleden, richtte ik mij weer tot de gemeente met de vraag/opmerking was er nu met mijn klacht(en) was gebeurd. U raadt het al: opnieuw de terugmelding dat de klacht was geregistreerd en men ermee aan de slag ging.

Ik wacht tot de dag van vandaag. De heg staat/hangt er nog steeds; het park is ondanks een wijkbeheersplan voor groen met allerlei prachtige beloften nog steeds een puinhoop; het gat in de weg is nu een hobbel geworden.

Mijn conclusie: klagen heeft geen zin. De gemeente doet toch waar ze zin in heeft.

(naam inzender bij redactie bekend)

Socials

vlietnieuwsfacebookOp Facebook

vlietnieuwtwitter Op Twitter