Nieuws
Nieuw provinciaal bestuur sceptisch over Vlietbrug

Gedeputeerde Staten (GS) van Zuid-Holland staan sceptisch tegenover de aanleg van een nieuwe brug over de Vliet in Leidschendam. Dat blijkt uit antwoorden die Gedeputeerde Staten (GS) van Zuid-Holland hebben gegeven op vragen van D66-statenlid Jeroen Heuvelink. Daarin spreken zij over ‘de eventuele mogelijkheid van een extra oeververbinding’.

GS – de leden traden pas op 20 augustus aan – geven ook aan dat de gemeente het plan eerst verder moet uitwerken voordat zij een formeel standpunt zullen innemen. Voordat GS aantraden werd vanuit de provincie al bericht dat men niets voor de nieuwe Vlietbrug voelde. Vlietnieuws berichtte daarover.

Uit de antwoorden van GS blijkt ook dat de gemeente nog lang niet klaar is voor een besluit over de brug. Eerder lieten B&W de gemeenteraad weten voor de jaarwisseling een besluit te willen nemen.

Volgens GS willen B&W eind dit jaar ‘alle technische randvoorwaarden en uitgangspunten in beeld hebben’. Ook stellen GS dat de gemeente verschillende mogelijkheden onderzoekt om het centrum van Leidschendam te ontlasten. ‘De (extra) oeververbinding over de Vliet is er hier één van. Alle mogelijke oplossingen dienen door de gemeente nog nader te worden uitgewerkt’.

GS stellen dat er meerdere keren op ambtelijk niveau contact geweest met de gemeente over een extra oeververbinding. Daarbij zijn onder andere de technische criteria besproken die de provincie hanteert bij de aanleg van een nieuwe oeververbinding over een provinciale vaarweg (de Vliet is van de provincie, red.).

GS geven aan dat zij voor de aanleg van een nieuwe brug onder andere eisen stellen aan de doorvaarthoogte en -breedte van zowel het beweegbare als het vaste deel van de brug. Tevens dient er rekening te worden gehouden met aanleg van de nodige wachtplaatsen en geleidewerken (constructies waarmee schepen worden afgeremd als ze een kunstwerk als een brug of sluis naderen of dreigen aan te varen).

Daarnaast worden er eisen gesteld aan de onderlinge afstand van twee opeenvolgende bruggen over een vaarweg, waarvan de belangrijkste zijn: de schipper heeft voldoende tijd en daarmee lengte nodig om de vaarbaan te kunnen corrigeren, in geval van hinder door een brug; de afstand tussen beweegbare bruggen moet of zo klein mogelijk zijn of juist zodanig groot dat afstoppen, zo nodig afmeren, weer op gang komen en op koers komen voor de brugopening zonder al te veel problemen mogelijk zijn.

GS wijzen erop dat bij de Vliet alle bruggen, ook die in eigendom zijn van derden, door de provincie worden bediend. De provincie heeft als uitgangspunt dat, als zij een brug voor een derde partij bedient, zij ook het beheer en onderhoud verzorgt. Dit heeft ermee te maken dat er voor de bedieningsinstallaties software benodigd is, die vraagt om specialistische kennis op dit gebied. De kosten voor het beheer en onderhoud komen voor rekening van de eigenaar van de brug (de gemeente).

Het nieuwe provinciale bestuur bestaat uit VVD, ChristenUnie, GroenLinks, PvdA en CDA. Daarin zitten drie partijen die in Leidschendam-Voorburg tegen een nieuwe brug zijn (ChristenUnie, GroenLinks, PvdA). Het oude provinciale bestuur bestond uit VVD, D66, CDA en SP.

Socials

vlietnieuwsfacebookOp Facebook

vlietnieuwtwitter Op Twitter