Nieuws
Warmte in plaats van gas mag burger niets kosten

De vervanging van gas door warmte die via een warmtenetwerk wordt geleverd mag de burger geen hogere woonlasten bezorgen. Dat moet in een nieuwe Wet collectieve warmtevoorziening, ook wel Warmtewet genoemd, worden vastgelegd.

Dat stellen Gedeputeerde Staten (GS) van Zuid-Holland in een brief aan minister Eric Wiebes (economische zaken) over de energie omwenteling: het overschakelen van fossiele brandstoffen naar hernieuwbare energiebronnen. Om de ‘woonlasten neutraliteit’ te bewerkstelligen zijn mogelijk extra maatregelen nodig.

Volgens GS bepaalt de optelsom van plus en min, de mate van steun die burgers voor de omschakeling van gas op warmte opbrengen.

Voor ondernemers hanteren GS hetzelfde motto: geen hogere lasten. Als dat niet kan zouden ondernemers de investering in de omschakeling van gas op warmte binnen vijf jaar moeten kunnen terugverdienen.

GS willen dat de gemeente een beslissende stem krijgen in het geheel. Dit omdat het nogal uitmaakt qua kosten en effectiviteit welke warmtebron of -bronnen worden gebruikt. Het gaat dan onder meer om de mate van woningisolatie die nodig is en het ruimtebeslag.

De gemeenten moeten ook kunnen uitmaken op welke temperatuur de warmte geleverd wordt. Dit heeft namelijk financiële gevolgen voor de gebruikers en de maatschappelijk kosten voor de energie omwenteling van fossiele bronnen (gas, olie, kolen) naar het hernieuwbare (zon, wind, warmte).

GS pleiten voor een snelle komst van warmtenetwerken. De provincie heeft veel warmtebronnen (restwarmte Rotterdamse haven, aardwarmte). Voor gebieden met dichte bebouwing zijn collectieve warmtenetwerken een uitkomst. Dat scheelt hoge uitgaven voor warmtepompen en vermindert zo het stroomgebruik. Zo blijft geld over voor betaalbare woningisolatie.

Socials

vlietnieuwsfacebookOp Facebook

vlietnieuwtwitter Op Twitter