Tussen 2021 en 2024 moet het aantal inwoners in de schuldhulpverlening dalen van 1115 naar 900. Dat staat in een Plan Schuldhulpverlening 2021-2024 dat wethouder Nadine Stemerdink heeft opgesteld. De bestuurder erkent dat de ambitie door de gevolgen van de coronacrisis te hoog gegrepen kan zijn.

Stemerdink wil het percentage inwoners dat problemen heeft om financieel rond te komen doen dalen van 22 naar 17 procent. Tegelijk moet het percentage inwoners dat vanuit de gemeente en andere organisaties bereikt wordt als zij twee of meer betalingsachterstanden hebben, omhoog krijgen van 60 naar 70 procent.

De wethouder stelt dat er al een stevige basis ligt voor schuldhulpverlening. De komende jaren wil zij zich richten op monitoring, het sturen op resultaat, preventie/vroegsignalering en de inzet van gedragswetenschappers om de schuldhulpverlening zo vorm te geven dat er zo min mogelijk stress bij de ontvangers ontstaat.

Stemerdink geeft verder aan dat zij een blijvend hulppakket voor ondernemers met schulden wil opzetten. Er moet voorts één route naar schuldhulp beschikbaar komen voor iedereen die dat nodig heeft: de Nederlandse schuldhulproute.

In de schuldhulpverlening gaat nu jaarlijks bijna 810.000 euro om. Voor de opzet van de ene schuldroute en de pakket voor ondernemers is in 2021 en 2022 75.000 euro per jaar nodig. Daarna jaarlijks 14.000 euro.

Als acties voor 2021 noemt Stemerdink onder andere financiële educatie voor jongeren en volwassenen, inzet van digitale hulpmiddelen en een onderzoek naar de invoering van een zogenoemd ‘saneringskrediet’; een krediet bedoeld om schulden af te bouwen. Ook wordt de inzet van multi disciplinaire teams bekeken. Hulpaanvragen moeten binnen 8 weken behandeld zijn.

De gemeenten krijgen overigens extra geld van de rijksoverheid voor het schuldenbeleid: 15 miljoen dit jaar, 30 miljoen in de komende twee jaar. Het rijk werkt verder aan een Waarborgfonds voor het afwikkelen van problematische schulden.