Nieuws
Energieplannen toetsen op milieueffecten

De provincie Zuid-Holland wil de plannen voor de energieomwenteling zoals die vastliggen in zeven regionale energie strategieën (RES), waaronder die van Rotterdam Den Haag waar Leidschendam-Voorburg onder valt, toetsen op hun milieueffecten. Dat blijkt uit een bericht van Gedeputeerde Staten.

Voor de toetsing via een milieu effectrapportage (MER) heeft het provinciaal bestuur een Nota reikwijdte en detailniveau (NRD) opgesteld. Die ligt vanaf morgen ter inzage. Eenieder kan daar tot 21 december op reageren. In het voorjaar van 2022 wordt de NRD dan vastgesteld, eind 2022 volgt het besluit over de MER.

Bij de RES’en gaat het met name om een andere verwarmingswijze van woningen (van het gas af) en het opwekken van stroom met zon- en windkracht. De RES Rotterdam Den Haag gaat uit van het opwekken van 2.8 tot 3.2 miljard kilowatt stroom door zon- en windkracht; 20 procent energiebesparing bij gebouwen; 30 procent energiebesparing in de glastuinbouw.

Zonne-energie moet komen van zonnepanelen op daken, boven parkeerplaatsen en in waterbassins van de glastuinbouw. Er moeten 27 windturbines bij komen. Bij besparing in gebouwen in label C de minimale doelstelling. Verder wordt gezocht naar lokale warmtebronnen, aquathermie, zonthermie en warmte/koude opslag.

Voor alle opties komen ook alternatieven aan bod. Die zijn voor zon en wind: huidige situatie plus ontwikkelingen in de markt; zoeklocaties en -gebieden uit de RES; zoeklocaties en -gebieden vastgesteld door Provinciale Staten; zoeklocaties en -gebieden vastgesteld door gemeenteraden.

Bij de energie-netwerken, de energie omwenteling bij gebouwen, het bereiken van een hogere energie efficiëntie, het stimuleren van de industrie tot duurzaam energiegebruik en het gebruik van biomassa gaat het behalve om de optie huidige situatie plus ontwikkelingen in de markt om de rol van de overheid: (af)dwingend, realiserend, samenwerkend met anderen, het verbinden van andere partijen.

Bij het beoordelen van alle varianten willen Gedeputeerde Staten 32 factoren laten meewegen op de terreinen economie, energie, klimaat en water, landschap en cultuur, milieu en gezondheid, natuur, verstedelijking en mobiliteit. Bij de uiteindelijke beoordeling wordt een schaal van vijf gehanteerd van positief tot negatief.

Bovenregionale warmtenetwerken zijn een zaak van de provincie. Bij windenergie is het provinciaal beleid leidend. Dat wil zeggen dat ze langs grote infrastructurele werken zoals wegen of waterwegen komen, dan wel op de scheidslijn tussen land en water. Er wordt bezien of er grote windturbines (tot 35 meter) op boerenerven kunnen komen.

Bij het opwekken van zonne-energie op land (zonnevelden) wordt gekeken naar gebiedsontwikkelingen waarbij ook landbouw, bodemdaling, waterkwaliteit, stikstofuitstoot en biodiversiteit een rol spelen.

De energie-infrastructuur is een zaak van provincie en netwerkbeheerders. Energiebesparing bij gebouwen is de verantwoordelijkheid van gemeenten. Het bereiken van een hogere energie efficiëntie, het stimuleren van de industrie tot duurzaam energiegebruik en het gebruik van biomassa zijn weer allemaal provinciale zaken.

Socials

vlietnieuwsfacebookOp Facebook

vlietnieuwtwitter Op Twitter