Nieuws
Inspraak HOV Binckhorst: aanvullingen en aanscherpingen

‘Aanvullingen en aanscherpingen’. Dat heeft het meepraten van omwonenden, ondernemers en andere belanghebbenden opgeleverd bij het project hoogwaardige openbaar vervoerverbinding (HOV) Den Haag CS, Binckhorst, Station Voorburg met een aftakking naar Rijswijk/Delft.

‘Ten aanzien van de herziene tracé-afweging in de zomer van 2021 wordt opgemerkt dat geen van de door de platformleden aangedragen alternatieve tracés door de opdracht gevende bestuurders aan de tracé-afweging zijn toegevoegd’.

Dat staat in het zogenoemde Omgevingsverslag over de HOV. Afgelopen vrijdag bleek uit het Ontwerp Masterplan dat in beide gevallen gekozen is voor een tramverbinding. De eerste gaat over Binckhorstlaan, Maanweg, Huygenstraverse; de lijn naar Rijswijk via Binckhorstlaan, Prinses Mariannelaan, Geestbrugweg. Feitelijk lag de tracékeuze eind 2017 al vast.

Om omwonenden en ondernemers mee te laten praten over het project werd een Platform opgezet. Dat kwam tussen maart 2021 en nu acht keer bijeen. Het Platform bestond uit 19 (start) tot 24 (einde) mensen; omwonenden, ondernemers en andere belanghebbenden.

Volgens het Omgevingsverslag heeft het werk van het Platform geleid tot ‘aanvullingen en aanscherpingen van aandachtspunten in de rapportages. Voorbeelden hiervan zijn de aandachtspunten voor verkeersveiligheid (in het bijzonder langzaam verkeer versus HOV, de impact op groen en groenvoorzieningen (Opa’s veldje, groenzone Maanweg) en mogelijke impact op het aantal parkeerplaatsen en parkeerdruk in de omgeving. Ook zijn door het platform aanvullende suggesties aangedragen, die in de rapportage zijn benoemd. Zoals de suggestie om tijdens de Planuitwerkingsfase te onderzoeken of teruglegging van de gevellijn in de Maanweg een optie is om ruimtebeslag op groen te voorkomen’.

‘In de effectonderzoeken is voor meerdere milieuaspecten in de effectbeoordeling van de varianten, mede op aangeven van het platform, onderscheid gemaakt in deelgebieden om de effecten beter te duiden en locatie specifiek te maken. Daarbij is een vergelijkbaar detailniveau nagestreefd voor de beoordeling van de plansituatie ten opzichte van de referentiesituatie. In de vergelijking van de varianten onderling zijn daarmee ook de aandachtspunten aan te wijzen mocht een bepaalde variant bestuurlijk gekozen worden als voorkeursvariant’.

‘Vanuit de door het platform aangegeven zorgen en aandachtspunten over de effectbeoordeling in het kader van de Plan-MER (milieu effect rapportage) is het criterium ‘Ruimtelijke Kwaliteit’ toegevoegd aan het beoordelingskader. Dit criterium gaat nadrukkelijk in op de inpasbaarheid van de alternatieven in het straatbeeld, waarbij rekening is gehouden met het huidige karakter van de wijk/straat zoals ook tijdens de platformbijeenkomsten aangegeven. Ook het ruimtebeslag op wijkgroen inclusief de groenstrook langs de Maanweg en Broekslootkade is beoordeeld. Dit is relevant zowel bij ruimtegebruik (fysieke aantasting) en effecten op beschermde soorten (fysieke aantasting kan effecten hebben op vogels en vleermuizen) als bij ruimtelijke kwaliteit (inpassing HOV en effecten op gemeentelijk groenbeleid)’.

‘Gezien de zorgen vanuit de omgeving voor verlies aan parkeerplaatsen is dit als beoordelingscriterium toegevoegd onder het aspect ruimtegebruik. Ook is mede op aangeven van het platform extra aandacht besteed aan het goed in beeld brengen van de aanleiding/nut & noodzaak in de voor de Verkenning uitgevoerde vervoerwaardestudie. De informatie en resultaten hieruit zijn verwerkt in de Plan-MER en het (Ontwerp) Masterplan’.

De activiteiten van het Platform waren vanaf het begin omstreden. Leden van het Platform gaven aan dat de gesprekken te veel gestuurd werden en dat er niet echt naar hun inbreng werd geluisterd. Stukken werden ook te laat aangeleverd om goed te kunnen beoordelen. Diverse keren dreigden leden uit het Platform te stappen omdat zij niet de indruk hadden echt invloed op de gang van zaken te hebben.

Naast de vergaderingen van het Platform zijn er acht inloopsessies voor belangstellenden georganiseerd. Daar kwamen gemiddeld zo’n 60 mensen (fysiek/digitaal). De Projectorganisatie claimt zo’n 800 vragen over het project te hebben beantwoord sinds begin 2021.

Socials

vlietnieuwsfacebookOp Facebook

vlietnieuwtwitter Op Twitter