Nieuws
Het Voorburgse verhaal van een Joods oorlogskind

De oplettende bezoeker van de begraafplaats aan de Parkweg in Voorburg zal het zijn opgevallen. Onder een forse beuk is een nieuwe grafsteen verschenen. Met een tekst die tot nadenken stemt. De grijs/zwarte steen meldt dat hier Alexander Noach ligt, vijf jaar oud. Zoon van A.S. Noach en E. Noach-Zilverberg. Geboren 26-10-1939, gestorven 6-1-1945.

De ceremonie heeft in stilte plaats gevonden. Burgemeester Jules Bijl was erbij aanwezig. Zo ook wethouder Marcel Belt, opperrabijn Binyomin Jacobs, rabbijn Shmuel Katzman, oud-burgemeester Michiel van Haersma Buma. Vooraanstaande mensen die eer bewezen aan een jongen met een bijzondere geschiedenis.

Alexander werd in Zutphen geboren. Zijn vader, Abraham, had een handel in lompen, papier, metaal en oud ijzer. ‘De Stormlantaarn’ heette de zaak, genoemd naar een gelijknamige lichtbron die Abraham bij zijn terrein had opgehangen zodat de zaak voor eenieder vindbaar was.

Met de uitbreken van de oorlog en de Duitse bezetting begonnen Abraham en zijn vrouw Eva zich steeds meer zorgen te maken over de toekomst van hun ‘Sander’, zoals hij ook wel werd genoemd. Via, via kwamen ze in contact met Alie en Piet van Weerd uit Haarlem. Die regelden onderduikadressen voor Joodse kinderen. Met name in het Westen van Nederland.

Het contact leidde ertoe dat Abraham en Eva op 26 februari 1944 formeel afstand deden van hun zoon. Een handgeschreven verklaring, ook ondertekend door getuigen, diende als bewijs. Alexander kwam via het netwerk van het echtpaar Van Weerd in Voorburg terecht. In de Van der Palmstraat 62, bij Jan en Ina van den Abeele. Vanaf dat moment ging Alexander als Keesje van den Abeele door het leven.

Op Oudjaarsdag 1944 werd Keesje bewusteloos in zijn bedje aangetroffen. Dr. A. Vrijland werd gecontacteerd. Keesje werd overgebracht naar ziekenhuis Antoniushove, Oosteinde Voorburg. Daar overleed hij op 6 januari 1945. Het echtpaar Van den Abeele regelde zijn begrafenis op de begraafplaats Parkweg. Een wit marmeren steen markeerde Keesjes laatste rustplaats.

Op 7 mei 1945 zoekt vader Abraham met hulp van het Rode Kruis schriftelijk contact met de familie Van Weerd. De vraag is hoe het gaat met zijn zoontje Alexander. Een paar weken later schrijft de burgemeester van Zutphen Jan en Ina van den Abeele. Hij wil weten waar Alexander is en of hij in goede gezondheid verkeert. Het antwoord is in beide gevallen schokkend.

Ronnie Noach, broer van Alexander, herinnert zich dat hij als klein kind (hij zelf werd in 1947 geboren), beginjaren vijftig met zijn ouders naar een begraafplaats ging. Waarom wist hij echter niet. Vader Abraham overleed in 1979, moeder Eva in 1989.

Het is enkele jaren geleden dat Ronnie en zijn broers Eddie en Hans besloten het mysterie van hun oudste broer te gaan ontrafelen. Er waren al langer contacten met de families Van Weerd en Van den Abeele. Stukje bij beetje kon een beeld van de geschiedenis gevormd worden.

Nu bezit Ronnie een heel dossier vol stukken, brieven, foto’s. Zo werd duidelijk dat Alexander is overleden aan leveratrofie. De Duitsers hebben hem nooit ontdekt. De witte grafsteen is bij het ruimen van graven op de begraafplaats in 2013 verdwenen. Alexanders stoffelijke resten zijn toen in een verzamelgraf ondergebracht.

In de laatste jaren is het idee gerijpt aan de Parkweg een nieuwe steen voor Alexander te realiseren. Hetgeen nu dus gelukt is. ,,Het is fenomenaal wat de gemeente voor ons heeft gedaan. Onvoorstelbaar’’, aldus Ronnie.

De steen ligt vlak bij de plek waar ‘het jongetje met de drie namen’, zoals Ronnie hem aanduidt, indertijd ook te ruste werd gelegd. Bewust tussen het Joods Nieuwjaar en de Grote Verzoendag, de periode waarin ook moeder Eva stierf. Voor Ronnie rest dankbaarheid. En een voldaan gevoel. Missie volbracht.

Socials

vlietnieuwsfacebookOp Facebook

vlietnieuwtwitter Op Twitter