Een nieuwe Groentip van Stadsbeheer: ‘Van origine komt deze struik uit Azië. Ze wordt al lang in Nederland gebruikt als tuinplant en ze is een graag geziene gast in het openbaar groen. Ondanks dat ze niet van hier is, is ze aardig ingeburgerd. Zelfs inheemse insecten weten haar te vinden tijdens de bloei. Met haar goudgele bloemen, die vaak al vanaf november open gaan, bloeit zij geurend de winter door. In het vroege voorjaar zijn de bloemen een kostbare bron van voedsel en dan vooral voor verschillende soorten hommelkoningingen. De bloemen hebben een trucje om hun stuifmeel over te brengen op de naar voedsel zoekende hommels. Wanneer de hommels op bezoek komen en de bloem aanraken, klappen de meeldraden naar binnen toe en slaan zo als kleine handjes op het lijf van hare majesteit hommel. De hommel koningin vliegt beladen door dit stuifmeel van bloem naar bloem. En terwijl ze zo haar maaltje bijeen scharrelt bestuift ze gelijk de bloemen die later prachtig blauwe vruchten worden waar de vogels dan weer dankbaar gebruik van maken’.