Nieuws
B&W: ‘Er verandert niets’

Het experimenteren met de Crisis- en herstelwet bij nieuwe planologische procedures en bestemmingsplannen verandert niet aan de rol van de gemeenteraad in de besluitvorming. De mogelijkheden van bezwaar en beroep worden ook niet aangetast en burgerparticipatie blijft mogelijk. Dat stelt wethouder Bianca Bremer in antwoorden op vragen van SP-gemeenteraadslid Ed van der Schaft. Lopende bestemmingsplanprocedures gaan gewoon door.

Van der Schaft wilde dat zijn vragen op 17 januari mondeling door de wethouder in de gemeenteraad werden beantwoord. Bianca Bremer liet destijds weten daartoe niet in staat te zijn, ook al had het gemeenteraadslid zich aan alle procedurele voorwaarden voor het stellen van de vragen gehouden. Geen der andere fracties in de gemeenteraad viel hem bij.

Om de Crisis- en herstelwet te kunnen gaan gebruiken moet de gemeente een experimenteerstatus bij de rijksoverheid aanvragen. Bremer zegt de wet nodig te hebben gezien ‘de voortdurende onzekerheid over de invoeringsdatum van de Omgevingswet en het overgangsrecht dat daarmee gepaard gaat. Dit overgangsrecht bepaalt dat bestemmingsplannen die niet als ontwerp ter visie zijn gelegd als de Omgevingswet in werking treedt, niet meer in procedure kunnen worden gebracht’.

‘Een bestemmingsplan dat onder de Crisis- en herstelwet is voorbereid, lijkt qua vorm en inhoud veel op het toekomstige omgevingsplan en is daardoor eenvoudig om te zetten naar een omgevingsplan. Er vindt dan nagenoeg geen vertraging plaats wanneer de Omgevingswet in werking treedt voordat het ontwerpplan ter inzage wordt gelegd. Een ‘traditioneel’ bestemmingsplan is niet om te zetten naar een omgevingsplan. De voorbereiding zou in dat geval afgebroken moeten worden en opnieuw moeten worden opgestart met het maken van een omgevingsplan’.

‘Dit was ook de basis voor de bestemmingsplanstop die medio 2022 is ingesteld. De ‘stop’ ging uit van de inwerkingtreding van de Omgevingswet per 1 januari 2023. Een overzienbare periode van circa een half jaar. Inmiddels is de Omgevingswet uitgesteld naar 1 januari 2024 en mogelijk zelfs tot nog later. Het gevolg is dat een situatie ontstaat waarbij de door onze gemeente ingestelde bestemmingsplanstop jaren gaat duren. Dit zou betekenen dat inwoners en ontwikkelaars voor een lange periode geen ontwikkelingen kunnen ontplooien waarvoor een bestemmingsplan nodig is. Dit is niet wenselijk. De experimenteerstatus maakt het mogelijk wel nieuwe initiatieven op te pakken waarvoor een bestemmingsplan moet worden opgesteld’.

‘De toepassing van de Crisis- en herstelwet heeft geen impact op de besluitvorming (uw raad is en blijft bevoegd om het plan vast te stellen) en de mogelijkheden voor ‘een ieder’ om een zienswijze in te dienen. Voor een bestemmingsplan met verbrede reikwijdte gelden dezelfde rechtsingangen zoals met een regulier bestemmingsplan’.

‘Lopende bestemmingsplanprocedures, zoals Doorontwikkeling Vlietland Noord (bouw222 recreatiewoningen, red.), kunnen niet met terugwerkende kracht een bestemmingsplan met verbrede reikwijdte worden. Voor de Vlietweg 3 Leidschendam (omstreden bouw jongerenflat, red.) moet nog een planologische procedure gestart worden, waarvan tevens nog bepaald moet worden welke procedure toegepast wordt’. (illustratieve foto)

Socials

vlietnieuwsfacebookOp Facebook

vlietnieuwtwitter Op Twitter