D66-fractieleider Wouter Jorissen wil het ‘taboe’ op de komst van een nieuwe Vlietbrug in Leidschendam opheffen. Dat heeft hij in een vergadering van een commissie uit de gemeenteraad kenbaar gemaakt. ,,Wat mij betreft is het geen taboe’’, zo zei hij.

De gemeenteraad wees de komst van een nieuwe brug in november 2020 af. D66 stemde toen tegen. Het was al de tweede keer in vijf jaar dat de raad zo’n oordeel velde. Jorissen: ,,Wij leggen het taboe zelf op. We kunnen er zelf iets aan doen om wel het gesprek daarover te voeren en ook dat taboe op te heffen.’’

Hij noemde het taboe ook ‘opmerkelijk’ en wees erop dat er nu ‘een nieuwe periode’ is; een verwijzing naar het aantreden van een nieuwe coalitie bestaande uit VVD, GBLV en D66 na de gemeenteraadsverkiezing van maart 2022.

In het coalitieakkoord staat geen woord over een nieuwe Vlietbrug. In de verkiezingsprogramma’s wel. VVD noemde de komst van een brug een oplossing voor verkeersproblemen. GBLV pleitte voor een plan om de Vlietbruggen te ontlasten. D66 schreef op dat er geen extra Vlietbrug moest komen.

Bij de coalitievorming tekende verkenner Henk Bouwmans onder de kop ‘wensen om het beter te doen’ de vraag over de komst van een extra Vlietbrug op. Hij gaf ook aan dat coalitiepartners daarover afspraken zouden moeten maken.

In november 2020 waren alleen VVD, CDA en ChristenUnie voor een nieuwe Vlietbrug. De rest stemde tegen. Eind 2021 werd op last van de gemeenteraad de ‘grond reservering’ voor de nieuwe Vlietbrug in Klein Plaspoelpolder (KPP) ook geschrapt.

Voor een nieuwe Vlietbrug zijn talloze onderzoeken uitgevoerd. De gemeente heeft daar miljoenen aan gespendeerd. De resultaten: de brug lost de verkeersoverlast in Damcentrum niet op; er ontstaat elders nieuwe verkeersoverlast; de brug kost tientallen miljoenen euro’s; bouwtijd is zo’n 10 jaar; de Sytwende fietsbrug moet weg; de gemeente houdt in KPP minder grond over om te verkopen; de aansluiting op Vlietweg/Noordelijke verbindingsweg (A4) is problematisch.