B&W waren niet op de hoogte van het feit dat de provincie Zuid-Holland in het Omgevingsprogramma een reservering heeft opgenomen voor het viersporig maken van het traject Den Haag CS – Gouda via Station Voorburg.

Dat blijkt uit antwoorden van wethouder Astrid van Eekelen op vragen van GBLV-gemeenteraadslid Monica Velù over de reservering. Vlietnieuws berichtte over de reservering op 19 november.

‘Het college van B&W is inmiddels bekend met de ruimtelijke reservering die de provincie in het Omgevingsprogramma heeft gemaakt’, schrijft Van Eekelen.

De wethouder spreekt tegen dat de reservering bindend is voor de gemeente zoals een zegsman van de provincie eerder tegenover Vlietnieuws heeft aangegeven. https://vlietnieuws.nl/2021/11/24/reservering-4-sporen-station-voorburg-bindend/

‘Net als de provinciale Omgevingsvisie is een programma zelfbindend voor het bestuursorgaan dat het vaststelt, in dit geval Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland. Anders dan een omgevingsverordening is een programma dus niet direct bindend voor een lagere overheid of voor burgers’, zo beweert Van Eekelen.

‘Deze ruimtelijke reserveringen betreffen mogelijke oplossingen voor verwachte toekomstige knelpunten. Of en wanneer knelpunten optreden hangt echter af van de autonome groei van het verkeer en demografische, ruimtelijke- en economische ontwikkelingen (in de omgeving). Een reservering betekent daarbij niet dat het aanpassen van deze aansluitingen beleidsmatig verplicht is, immers, nut en noodzaak van ieder afzonderlijk project is nog niet bewezen’.

‘Het doel van de ruimtelijke reserveringen is om te zorgen dat bij ruimtelijke ontwikkelingen rekening wordt gehouden met mogelijke toekomstige schakels en capaciteitsuitbreidingen en de hiervoor benodigde ruimte’.

De ruimtelijke reservering staat niet in het bestemmingsplan ‘Stedelijk’ Leidschendam-Voorburg, meldt de wethouder. Het provinciaal bestuur heeft niet op het ontwerp van dat bestemmingsplan gereageerd en heeft ook geen zienswijze ingediend. Het ontwerp is wel aan de provincie voorgelegd: op 28 april en 24 juni 2021.

Van Eekelen erkent dat de strook grond naast het spoor aan de kant van Voorburg-West, en dus ook bij Huygens Hofwijck eigendom is van Railinfratrust b.v., een onderdeel van NS. Volgens de bestuurder kent het provinciaal bestuur de wensen van Leidschendam-Voorburg inzake het behoud van scouting Livingstone Miriam, Opa’s veldje en Huygens Hofwijck en het verlangen railverbindingen met Zoetermeer ondergronds aan te leggen.